remmen versleten zijn.
De banden controleren
U moet de banden minstens om de 100 bedrijfsuren
controleren. Ongelukken tijdens werkzaamheden,
zoals een botsing tegen een trottoirband, kunnen een
band of een velg beschadigen en tevens de
wieluitlijning verstoren. Daarom moet u na een
ongeluk de conditie van de banden controleren.
Toespoor voorwiel (Fig. 59-60)
Om de 600 bedrijfsuren of jaarlijks moet het toespoor
van de voorwielen worden gecontroleerd.
1.
Meet de afstand hart-op-hart van het toespoor (ter
hoogte van de assen) aan de voorzijde en de
achterzijde van de stuurwielen. De afstand die is
gemeten bij de voorwielen, moet gelijk zijn aan
de afstand die is gemeten bij de achterste wielen,
namelijk ± 3 mm.
1. Hart-op-hart afstand
2.
Draai de contramoeren aan beide uiteinden van de
trekstang los om ze af te kunnen stellen.
1. Trekstang
3.
Draai de trekstang rond om de voorkant van het
wiel naar binnen of naar buiten te bewegen.
4.
Draai de contramoeren van de trekstangen weer
vast als de afstelling correct is.
Figuur 59
1
Figuur 60
Mof van homokinetische
aandrijfas controleren
Uitsluitend bij modellen met
vierwielaandrijving
Controleer de mof van de homokinetische aandrijfas
om de 200 bedrijfsuren op barsten, gaten en losse
klemmen.
Zekeringen (Fig. 61)
Er zijn drie zekeringen voor het elektrische systeem
van de machine. Deze bevinden zich onder de
rechterkant van het instrumentenpaneel.
ZEKERINGEN
OPEN
VERLICHTING & CLAXON
DASHBOARD
ONTSTEKING
1. Zekeringhouder
48
1
Figuur 61
—
10A
7,5A
7,5A