5
Omgang met de batterij
• Controleren of de vergrendeling vlekkeloos
verloopt en of deze opgeheven kan worden
door aan de hendel te trekken (1).
• Als de vergrendeling niet ingrijpt of als de
ontgrendelingshendel te zwaar beweegt,
moet de dikte van de opvulringen vermin-
derd worden, of moet de hoogte van de
rubber buffers verminderd worden.
• Als de vergrendeling niet ingrijpt, moet
eventueel ook de inschuifdiepte van het
batterijframe vergroot worden. Dit wordt
bereikt door de passende schijven onder de
rubber buffers aan de kant van de belasting
(3) aan te brengen.
• Als de vergrendeling niettegenstaande alle
opgegeven instelmogelijkheden niet vlek-
keloos werkt, moet gecontroleerd worden
of de juiste schuifcilinder is ingebouwd, of
dat die uitschakeling in de eindposities via
het verschuivingsmeetsysteem goed is in-
gesteld.
• Bepaal de gemiddelde waarde wanneer
u vervangende batterijen aanbrengt. De
batterijbakken zijn verschillend van grootte
vanwege de verschillende maten van ver-
vangende batterijen. De batterijvergrende-
ling moet op de respectievelijk grootste bak
worden afgesteld.
144
51818042518 [NL]
Gebruik