Hoofdstuk 2
Te scannen gedeelte
Hoe groot het te scannen gedeelte is, is
afhankelijk van de instellingen binnen de door
u gebruikte toepassing. De onderstaande
afbeeldingen tonen de gedeelten die u niet op
Letter en A4-papier kunt scannen.
3
1
Gebruik Document
Boven (1)
grootte
Onder (2)
Fax
Letter
3 mm
(0,12 in.)
A4
3 mm
(0,12 in.)
Kopiëren Letter
3 mm
(0,12 in.)
A4
3 mm
(0,12 in.)
Scannen Letter
3 mm
(0,12 in.)
A4
3 mm
(0,12 in.)
12
2
4
2
Links (3)
Rechts (4)
4 mm
(0,16 in.)
1 mm
(0,04 in.)
3 mm
(0,12 in.)
3 mm
(0,12 in.)
3 mm
(0,12 in.)
0 mm
(0 in.)
Acceptabel papier en
andere media
De afdrukkwaliteit kan worden beïnvloed
door het soort papier dat u in de machine
gebruikt.
Om de beste afdrukkwaliteit te krijgen voor de
instellingen die u hebt gekozen, moet u de
papiersoort altijd instellen op het type papier
dat u plaatst.
U kunt normaal papier, inkjetpapier (gecoat
papier), glanzend papier, transparanten en
enveloppen gebruiken.
Wij raden u aan om verschillende soorten
papier te testen, alvorens een grote
hoeveelheid aan te schaffen.
Wanneer u afdrukt op inkjetpapier (gecoat
papier), transparanten en glanzend
papier, moet in het tabblad 'Normaal' van
de printerdriver of in de instelling
Papiersoort in het menu altijd het juiste
type papier zijn geselecteerd (zie
Papiersoort op pagina 24).
Wanneer u op Brother-fotopapier afdrukt,
plaats dan eerst het instructieblad dat met
het fotopapier wordt geleverd in de
papierlade, en plaats vervolgens het
fotopapier boven op het instructieblad.
Als u transparanten of glanzend papier
gebruikt, dient u elk vel onmiddellijk te
verwijderen; dit om te voorkomen dat de
vellen aan elkaar plakken of verstopt
raken.
Raak het afgedrukte oppervlak van het
papier niet aan vlak na het afdrukken; de
inkt kan nog nat zijn en op uw vingers
vlekken.
2