⬛
Decoder Mode
Stelt de indeling van digitale audioweergave in op "DTS".
Als het toestel bijvoorbeeld geen DTS-audio detecteert en alleen ruis weergeeft, stelt u
"Decoder Mode" in op "DTS".
Signaalbronnen
HDMI 1-5, VIDEO AUX, AV 1, AUDIO 1-3
Instellingen
Selecteert automatisch een audio-indeling die past bij het ontvangen
Auto
audiosignaal.
DTS
Selecteert alleen DTS. (Andere audiosignalen worden niet gereproduceerd.)
⬛
Volume Interlock
Schakelt volumebediening in/uit vanaf iTunes/iPhone via AirPlay.
Signaalbronnen
AirPlay
Instellingen
Off
Schakelt volumebediening vanaf iTunes/iPhone uit.
Schakelt volumebediening vanaf iTunes/iPhone binnen het beperkte bereik in.
Limited
(-80 dB tot -20 dB en geluid uit (demping)).
Schakelt volumebediening vanaf iTunes/iPhone over het volle bereik in.
Full
(-80 dB tot +16,5 dB en geluid uit (demping))
⬛
DMC Control
Bepaalt of een DLNA-compatibele Digital Media Controller kan worden gebruikt voor het
bedienen van de weergave.
Signaalbron
SERVER
Instellingen
Disable
Weergave kan niet worden bediend met DMC's.
Enable
Weergave kan worden bediend met DMC's.
X
Een Digital Media Controller (DMC) is een apparaat dat andere netwerkapparaten kan bedienen via het netwerk.
Als deze functie is ingeschakeld, kunt u de weergave van het toestel bedienen met DMC's (zoals Windows Media
Player 12) op hetzelfde netwerk.
De functie SCENE configureren (menu Scene)
U kunt de instellingen van de functie SCENE (p.56) wijzigen via het tv-scherm.
1
Druk op ON SCREEN.
2
Gebruik de cursortoetsen om "Scene" te selecteren en druk op ENTER.
3
Gebruik de cursortoetsen (e/r) om een scène te selecteren die u wilt
configureren en druk vervolgens op de cursortoets (q).
X
U kunt de scène nog steeds wijzigen met de cursortoetsen (e/r) na Stap 3.
96
Nl