Voor ingebruikname
Carter met olie vullen
Het carter vóór het eerste gebruik vullen met 0,6 liter
SAE 30 olie. U kunt elke detergente olie van goede
kwaliteit gebruiken die van het American Petroleum
Institute (API) de "service classification" SF, SG of
SH heeft gekregen.
Controleer steeds voor gebruik of het oliepeil tussen
de markeringen FULL (vol) en ADD (bijvullen) op
de peilstok (fig. 7) staat. Vul olie bij als het peil te
laag is.
Figuur 7
1. Peilstok
2. Brandstoftankdop
1.
Plaats de maaier op een horizontale ondergrond
en maak de omgeving van de peilstok schoon.
2.
Verwijder de peilstok door de dop 1/4 slag naar
links te draaien.
NL–10
1691
3. "ADD" markering
4. "FULL" markering
3.
Veeg de peilstok met een doek af en druk hem
terug in de vulopening. Draai de knop 1/4 slag
rechtsom en daarna linksom. Neem de peilstok
uit de vulopening en controleer het oliepeil
(fig. 7). Als het peil te laag is, juist genoeg olie
bijvullen totdat het oliepeil tegen de
FULL-markering op de peilstok staat. NIET
TOT BOVEN DE FULL-MARKERING
BIJVULLEN, OMDAT DIT TOT
BESCHADIGING VAN DE MOTOR KAN
LEIDEN. OLIE LANGZAAM BIJVULLEN.
NB:
Controleer het oliepeil telkens wanneer
u de maaier gaat gebruiken of na elke
5 bedrijfsuren. Bij het eerste gebruik
vervangt u de olie na 2 bedrijfsuren;
daarna vervangt u de olie telkens na
25 bedrijfsuren. Wanneer er veel stof
of vuil aanwezig is, moet de olie vaker
worden vervangen.
4.
Plaats de peilstok in de vulopening en draai de
dop 1/4 slag naar rechts om hem te vergrendelen.