AUTOMATISCHE PORTIERVERGRENDELING TIJDENS HET RIJDEN
1
De werking van het systeem
Na het wegrijden van de auto, vergrende-
len de portieren automatisch als de auto een
snelheid van ongeveer 7 km/u heeft bereikt.
Opm.: na het openen of sluiten van een por-
tier wordt dit automatisch weer vergrendeld
zodra de auto 7 km/u rijdt.
Inschakelen/Uitschakelen van
de functie
Om te activeren: druk, bij stilstaande auto
met draaiende motor, op de schakelaar 1 tot
u een geluidssignaal hoort.
Om te deactiveren: druk, bij stilstaande
auto met draaiende motor, op de schake-
laar 1 tot u een geluidssignaal hoort.
Bij een storing
Als het systeem niet goed werkt (geen auto-
matische vergrendeling) moet u eerst con-
troleren of alle portieren goed zijn gesloten.
Als ze goed gesloten zijn en het probleem
aanhoudt, raadpleeg dan een merkdealer.
Controleer ook of de vergrendeling niet per
ongeluk uitgeschakeld staat.
In dat geval activeert u opnieuw.
Verantwoordelijkheid van de
bestuur- der
Bedenk dat het rijden met ver-
grendelde portieren een be-
lemmering kan zijn voor hulpverleners in
geval van nood.
1.15