DriveControl controleren
DriveControl vervangen
28
Interroll DriveControl 20 / DriveControl 54
Onderhoud en reiniging
Gevareninstructies voor onderhoud en reiniging
VOORZICHTIG
Letselrisico door ondeskundig gebruik
4 Onderhouds- en reinigingswerkzaamheden alleen laten uitvoeren door erkend en vakkundig
personeel.
4 Onderhoudswerkzaamheden alleen uitvoeren met apparaat in stroomvrije toestand.
Beveilig de DriveControl 20/54 tegen abusievelijk inschakelen.
4 Plaats instructieborden die aanduiden dat er onderhoudswerkzaamheden worden
uitgevoerd.
Onderhoud
De DriveControl zelf is onderhoudsvrij. Om storingen te voorkomen, moeten echter regelmatig
de aansluitingen en de bevestigingen worden gecontroleerd.
4 Controleer in het kader van regelmatige controle- en onderhoudswerkzaamheden aan de
transportinstallatie of de schroeven van de DriveControl nog goed vastzitten en de kabels
nog correct liggen en juist zijn aangesloten op de overeenkomstige aansluitingen.
Wanneer een DriveControl beschadigd of defect is moet deze worden vervangen.
4 Installeer de nieuwe DriveControl (zie "Buitenwerkingstelling", Pagina 30 und zie
"Installatie van de DriveControl 20/54 in een transportsysteem ", Pagina 17).
Reiniging
Stof en vuil kunnen in combinatie met vocht kortsluiting in het stroomcircuit veroorzaken. In vuile
omgevingen kunnen dus door regelmatige schoonmaakwerkzaamheden kortsluitingen worden
voorkomen, die de DriveControl zouden kunnen beschadigen.
LET OP
Beschadiging van de DriveControl door verkeerde reiniging
4 Dompel de DriveControl niet in vloeistoffen.
4 Zuig indien nodig stof en vuil weg.
4 Voor een grondige reiniging: klem de DriveControl af van de spanningstoevoer, bouw uit
(Buitenwerkingstelling en Verwijdering) en veeg af met een vochtige doek.
Versie 2.1 (06/2014) nl
Vertaling van de originele gebruiksaanwijzing