5 GEBRUIK
5.1 Veiligheidsvoorschriften – gebruik
Zie ook "Algemene veiligheidsvoorschriften en –instructies".
Gebruik van de vermogenschakelaar is uitsluitend toegestaan aan daartoe bevoegde en
opgeleide operators met inachtneming van de plaatselijk geldende veiligheidsvoorschriften
en –richtlijnen.
5.2 Bediening vermogenschakelaar VA-2
De vermogenschakelaar wordt bediend aan de hand van het bedieningspaneel aan de
voorzijde van de vermogenschakelaar. De volgende bedieningsorganen en indicaties
kunnen worden onderscheiden:
A
Inschakelknop
B
Uitschakelknop
C
Schakelstandindicator
D
Veerstandindicator
E
Schakelingenteller
F
Hendel
G Kap
H
Kapbevestigings-
schroeven
I
Digitaal beveiligingsrelais
(optie)
J
Ronisslot(en)
DW702115
A
H
D
B
H
E
C
1
Warning
Shutdown
2
Line 1
3
Line 2
4
Line 3
5
Neutral
6
Magnetic
7
1
2
3
Thermic
8
4
5
6
7
8
9
0
RP 600
I
G
F
J
5.00
5-1