Inhoudsopgave
Advertenties
Gebruiksaanwijzing AcQMap-beeldvormings- en mappingsysteem met hoge resolutie
91
Kaarten van ofwel de geselecteerde en van het tabblad Golfvormen geëxporteerde gegevens of
eerder gegenereerde gegevens van een geselecteerde opname in het venster Patiëntdossier worden
in het tabblad Kaarten gegenereerd. Het scherm Kaarten bestaat uit 5 hoofdgebieden: Dubbele
3D-weergaven, lijnweergave, besturingselementen voor afspelen, kaartinstellingen en labels/
markeringen.
13.1. — Het scherm Kaarten
Met de modus 3D-kaarten worden 3D-kaarten gegenereerd aan de hand van de geselecteerde
gegevens die uit het venster golfvormen zijn geëxporteerd. U kunt de modus 3D-kaarten openen
door op het tabblad Kaarten te klikken.
13.1.1. — Dubbele 3D-weergave
De dubbele 3D-weergave maakt gelijktijdige visualisatie van de gegenereerde 3D-kaarten
mogelijk. De weergaven kunnen samenwerken door hetzelfde type kaart vanuit twee hoeken weer
te geven of onafhankelijk twee verschillende types berekende kaarten weer te geven. Door in de
middelste koppeling in het pictogram te klikken worden de weergaven gesynchroniseerd. Door
op de rechter of de linker pictogram in het pictogram te klikken wordt de betreffende weergave
voorzien van een oranje rand. Dit duidt de actieve weergave aan die nu kan worden gewisseld
tussen kaarttypen op basis van spanning of dipooldichtheid.
13.1.2. — Lijnweergave
In de lijnweergave zijn de geëxporteerde gegevens weergegeven die voor het genereren van de
3D-kaarten worden gebruikt. U kunt de weergegeven signalen selecteren door via de menubalk
naar Kaartkanalen configureren te gaan. Met de positie van de tijdcursor in deze weergave wordt
het tijdstip dat in de 3D-kaart wordt weergegeven geregeld.
13.1.3. — Besturingselementen voor afspelen
Met de besturingselementen voor afspelen kunt u het afspelen kunt starten en stoppen
en de snelheid van het afspelen in de dubbele 3D- en de lijnweergave wijzigen. Met het
tijdbesturingselement kunt u het tijdvenster dat in de lijnweergave wordt weergegeven met behulp
van de muis wijzigen.
Stel de stapgrootte voor afspelen in via de lijst Stapgrootte. Met Stapgrootte wordt bepaald hoeveel
monsters de tijdcursor vooruit of achteruit verplaatst. Klik op de knop Start om de tijdcursor en
de weergegeven 3D-kaart automatisch te verplaatsen met een afspeelsnelheid die evenredig is
aan de geselecteerde stapgrootte. De cursor Tijd kan ook handmatig vooruit of achteruit worden
gezet, één monster tegelijk. Klik op de knop Achteruit of de knop Vooruit om respectievelijk de
geselecteerde stapgrootte achteruit of vooruit te gaan. De pijltoetsen
naar links en rechts op het toetsenbord dienen als sneltoetsen voor
dezelfde functies als de stapknoppen. Voer in het tekstvak Huidig
monster het monsternummer in om de tijdcursor naar een specifiek
Knop
Knop
Knop
monsternummer te verplaatsen.
Achteruit
Vooruit
Start
Advertenties
Inhoudsopgave
