Inhoudsopgave
Advertenties
9.1 Binnen unit: Uitbreidingsprintplaat op basisprintplaat (bedrijfscomponenten 230 V~)
Toelichting bij de aansluitwaarden:
•
Het aangegeven vermogen is het aanbevolen aansluitvermogen.
•
De som van het vermogen van alle rechtstreeks op de warmtepompregeling aangesloten
componenten (bijv. pompen, kleppen, meldinrichtingen, relais) mag een waarde van 1000 W
niet overschrijden. Als het totale vermogen < 1000 W bedraagt, kan het afzonderlijke
vermogen van een component (bijv. pomp, klep, meldinrichting, relais) groter dan ingesteld
worden gekozen. Hierbij mag het schakelvermogen van het betreffende relais niet worden
overschreden.
•
De weergegeven stroomwaarde geeft de maximale schakelstroom van het schakelcontact
aan. Totale stroom van 5 A respecteren.
•
De aansturing van externe warmtegeneratoren is niet geschikt voor de
veiligheidslaagspanning.
•
Naast de bedrading van componenten dienen ook verscheidene parameters te worden
aangepast. Zie hiervoor hoofdstuk "Parameters".
Stekker 222
Klemmen
Functie
222.1
Aansturing mengklepmotor voor externe
warmtegenerator
Signaal mengklep "Dicht"
222.2
Aansturing mengklepmotor voor externe
warmtegenerator
Signaal mengklep "Open"
222.3
Aansturing externe warmtegenerator
222.4
en telkens 1 veiligheidstemperatuurbegrenzer Aanwijzing
(door installateur te plaatsen,
max. 70 °C) voor het uit- en omschakelen
van de volgende componenten:
Kamerverwarming:
■ Secundaire pomp warmtepomp
■ Externe warmtegenerator
Tapwaternaverwarming:
■ 3-wegomschakelklep "verwarmen/
tapwaterverwarming"
46
Toelichting
Aansluitwaarden:
■ Vermogen: 10 W
■ Spanning: 230 V~
■ Max. schakelstroom: 0,2(0,1) A
Aansluitwaarden:
■ Vermogen: 10 W
■ Spanning: 230 V~
■ Max. schakelstroom: 0,2(0,1) A
Potentiaalvrij contact
■ Het schakelcontact is een potentiaalvrij maakcontact
dat bij warmteaanvraag gesloten wordt.
■ Geen laagspanning over het contact leiden. Daarvoor
moet door de installateur een relais gemonteerd worden.
■ De keteltemperatuursensor externe warmtegenerator
(stekker F20) moet de mediumtemperatuur van de
externe warmtegenerator vastleggen.
Aansluitwaarden (contactbelasting):
■ Spanning: 230 V~
■ Max. schakelstroom: 4(2) A
Veiligheidstemperatuurbegrenzers aansluiten:
Kamerverwarming
■ In serie naar de secundaire pomp (aansluiting 211.2)
■ In serie voor de aansturing van externe warmtegeneratoren
Tapwaternaverwarming
■ In serie naar de 3-weg-omschakelklep "Verwarmen/
tapwateropwarming" (aansluiting 211.4)
Advertenties
Inhoudsopgave
