4 Voorbereiding en bediening
Resultaat
4.7.8 Beademing in CPR-modus uitvoeren
54
NL
MEDUMAT Standard
4. Steek de inhalatie-adapter op de aansluiting voor
beademingsslang.
5. Sluit het inhalatiemasker of de sonde of de inhalatiebril aan.
6. Kies met de rechter navigatieknop de flow voor de inhalatie.
De inhalatie wordt uitgevoerd.
In de CPR-modus bepaalt u de toegediende ademfrequentie zelf.
Met de MEDUtrigger activeert u handmatig afzonderlijke
beademingsslagen met het ingestelde tidale volume.
Therapievertraging door gelijktijdig afgegeven
metronoomgeluiden van beademingsapparaat en
defibrillator!
Wanneer het beademingsapparaat met een defibrillator die
eveneens metronoomgeluiden kan afgeven (MEDUCORE
Standard), wordt gebruikt, kunnen de gelijktijdig afgegeven
metronoomgeluiden van defibrillator en beademingsapparaat de
gebruiker verwarren en leiden tot therapievertragingen.
Schakel bij gelijktijdig gebruik van beademingsapparaat en
defibrillator het metronoomgeluid van de MEDUMAT
Standard² uit.
2