DX-D 100 mobiel röntgentoestel
Gebruikershandleiding
3.11.3
ALGEMEEN GEBRUIK EN ONDERHOUD VAN DIGITALE DETECTOREN, OPTIES EN
ACCESSOIRES
Opmerking
68
De werking van klimaatbehandeling of verwarming kan leiden tot
condensvorming in de apparatuur. Wacht tot het condensaat is verdampt
alvorens te gaan bestralen. Verhoog of verlaag – als algemene maatregel – de
kamertemperatuur gradueel om condensvorming te voorkomen.
Gebruik tijdens een bestraling de DR-detector niet nabij toestellen die een sterk
magnetisch veld opwekken.
Dek bij draadloze DR-detectoren de infrarode-datapoort niet met uw handen of
andere delen van uw lichaam af en gebruik het geselecteerde frequentiekanaal
(in de frequentieband van 2,4 GHz) niet voor andere draadloze toestellen.
Veeg na elk onderzoek met een licht met desinfecteermiddel (zoals ethanol)
bevochtigde doek de vlakken, die in contact met de patient komen af, evenals
de handgreep en het rooster. Veeg om schoon te maken met een doek,
bevochtigd met een neutraal schoonmaakmiddel.
.
Raadpleeg de handboeken van de DR-detector voor meere
informatie over het omgaan met de DR-detector.
Roosters zijn bedoeld voor strooistraling te verminderen en om de
beeldkwaliteit aanzienlijk op te voeren. Elk rooster is voorzien van een etiket,
waarop de kenmerken gespecificeerd staan (maat, brandpuntafstand, ratio,
dichtheid).
Maak de voorzijde en achterzijde met behulp van een droge doek schoon om
voorafgaand aan het gebruik stof en vuil te verwijderen.
DR-detectoren passen in een raam, samen met een wegneembaar rooster.
Volg de desbetreffende monteerinstructies in de handboeken van de
DR-detector op.
Hier is een voorbeeld voor het monteren van een rooster ten behoeve van de
draadloze DR-detector:
1
Rooster
Inspecteer of het rooster correct is geplaatst. Een klikkend geluid wijst erop dat
het rooster correct is geplaatst.
2
DR-detector
3
Raam
0188K NL 20201116