5.7.3 Handbook
Voor toelichting over de mogelijke configuratie is een "Handbook" opgesteld, ofwel een technisch journaal bestaande uit een verzameling van
systeemdiagrammen waarin enkele installatieconfiguraties van onze hoogrendementswarmtepompen worden voorgesteld. Het "Handbook" is
ook bedoeld om het potentieel van symbiose met enkele van onze cataloguselementen te tonen.
Vraag ons Hoofdkantoor om inzage in het technische journaal.
5.7.4 Condensafvoersysteem
Alle i-32V5 units zijn zodanig gerealiseerd dat de basis van de unit als condensopvangbak functioneert. Standaard wordt een kunststof koppe-
ling geleverd die onder de basis moet worden aangesloten in de daarvoor bedoelde aanleg waarop een leiding kan worden aangesloten om de
condens af te voeren.
Elke unit heeft daarom, op de basis van de hydronische module (aan de accuzijde), een opening voor de afvoer van deze eventuele condens die
kan lekken uit de leidingen van het hydraulische systeem. Omdat deze leidingen goed geïsoleerd zijn, is de productie van condens echter mini-
maal en het is daarom niet verplicht om een afvoerleiding op deze koppeling aan te sluiten.
IN ZEER KOUDE KLIMATEN WORDT DE INSTALLATIE OP VERHOGINGEN GEADVISEERD OM TE VERMIJDEN DAT DE UNIT BESCHADIGD WORDT
IN GEVAL VAN IJSVORMING
5.7.5 System vullen
LET OP: houd toezicht op alle vul-/bijvulhandelingen.
LET OP: schakel alvorens over te gaan tot het vullen/bijvullen van het systeem, de stroomtoevoer naar de units uit.
LET OP: het vullen/bijvullen van het systeem moet altijd plaatsvinden onder omstandigheden van gecontroleerde druk (max.
1 bar). Zorg ervoor dat er een drukregelaar en een veiligheidsklep op de vul-/bijvulleiding is geïnstalleerd.
LET OP: het water op de vul-/bijvulleiding moet adequaat zijn voorgefilterd van eventuele onzuiverheden en zwevende deel-
tjes. Zorg ervoor dat er een uitneembaar patroonfilter en een vuilafscheider zijn geïnstalleerd.
LET OP: controleer regelmatig of zich lucht in het systeem heeft opgehoopt en ontlucht het systeem zo nodig.
LET OP: breng een automatische ontluchtingsklep aan op het hoogste punt van het systeem.
5.7.6 Systeemafvoer
Indien de unit volledig moet worden geleegd, dient u eerst de handbediende in- en uitlaatschuifkleppen (niet meegeleverd) te sluiten en vervol-
gens de leidingen die extern zijn aangelegd op de wateringang en -uitgang los te koppelen zodat de vloeistof in de unit eruit kan stromen (om de
operatie te vergemakkelijken, is het raadzaam om aan de buitenkant op de wateringang en -uitgang twee aftapkranen te installeren tussen de
unit en de handbediende schuifkleppen).
A
5.7.7 Servicekraan
In het hydraulisch circuit van de unit zijn 2 servicekranen met dop (1/4"G) geïnstalleerd
stroomafwaarts en stroomopwaarts van de circulatiepomp (ref. SM functieschema unit paragraaf
5.6.2); gebruik bij de demontage/montage van de dop 2 Engelse sleutels zoals afgebeeld om
beschadiging van de leidingen te voorkomen.
20
Hole in bottom panel of
outdoor unit
Als het nodig is het systeem bij te vullen of het glycolgehalte aan te passen, kan de servicekraan
worden gebruikt. Schroef de dop van de servicekraan (A) los en sluit een 14 of 12 mm leiding
aan op de slangaansluiting (binnendiameter - controleer het op uw toestel geïnstalleerde
kraanmodel) die is aangesloten op de waterleiding; vul vervolgens het systeem door de ringmoer
(B) los te draaien. Na deze handeling draait u de ringmoer (B) weer vast en schroeft u het deksel
(A) vast. In ieder geval is het raadzaam een externe kraan te gebruiken om het systeem te vullen,
B
die door de installateur moet worden voorbereid.
i-32V5
Omkeerbare lucht/water warmtepompen met axiale ventilatoren
Gasket
Drain tting
Gasket