Foto's weergeven
Als u de fotofuncties wilt gebruiken, moet u de optie [STILL IMAGES] eerst op [ON] zetten
(
9).
gemaakt. Er kan echter niet worden gegarandeerd dat alle foto's kunnen worden
weergegeven.
Raadpleeg Bedieningsstanden (
Gebruik (
meerkeuzeschakelaar om van de ene
foto naar de andere foto te gaan.
Sommige foto's worden mogelijk niet goed weergegeven.
Houd u aan de voorschriften hieronder als de schijftoegangsindicator (DISC)
brandt of knippert. U kunt uw gegevens anders voorgoed kwijtraken.
- Stel de camcorder niet bloot aan trillingen of stoten.
- Open de schijfafdekking niet en verwijder de schijf niet.
- Haal de stekker niet uit het stopcontact en zet de camcorder niet uit.
- Wijzig de bedieningsstand niet.
Diashow
(
35)
FUNC.
1. Druk op
2. Selecteer [
3. Selecteer [START] met (
• Beelden worden na elkaar weergegeven.
FUNC.
• Druk op
Indexscherm
1. Verplaats de zoomregelaar naar W.
Het indexscherm voor foto's verschijnt met de eerste zes foto's.
2. Selecteer met (
• Verplaats de cursor
+
• Druk op
3. Verplaats de zoomregelaar naar T.
Het indexscherm wordt gesloten en de geselecteerde foto verschijnt op het scherm.
28
: U kunt foto's bekijken die (met een andere camcorder) op een schijf zijn
9) als u de bedieningsstand wilt wijzigen.
) op de
SLIDESHOW
.
SLIDESHOW] met (
om de diashow stop te zetten.
,
) een foto.
naar de foto die u wilt bekijken.
–
of
om naar de volgende of vorige indexpagina te gaan.
) en druk op (
) en druk op (
Meerkeuzeschakelaar
) .
) .