Bedieningshandleiding
Veiligheidsfotocellen
4.3 Stekkerconfiguratie ontvanger, zender & kabel
4.3.1 SLB440
ZENDER
Stekker M12, 4-polig
Pin
Benaming Beschrijving
1
+24 V
4
3
2
NC
3
0 V
4
NC
2
1
Stekker M12, 4-polig
3
4
2
1
ONTVANGER
Stekker, M12, 5-polig
Pin
Benaming Beschrijving
1 BN +24 V
2
2 WH OSSD1
3 BU 0 V
3
1
4 BK OSSD2
5
5 GY WA
4
Stekker, M12, 5-polig
2
3
1
5
4
4.3.2 SLB440-H
ZENDER
Stekker M12, 4-polig
Pin
Benaming Beschrijving
1
+24 V
4
3
2
Range2
2
1
3
0 V
4
Range1
Stekker M12, 4-polig
3
4
2
1
ONTVANGER
Stekker, M12, 5-polig
Pin
Benaming Beschrijving
1 BN +24 V
2
2 WH OSSD1
3
1
3 BU 0 V
5
4 BK OSSD2
4
5 GY WA
Stekker, M12, 5-polig
2
3
1
5
4
10
Spanningstoevoer
Niet gebruikt
Spanningstoevoer
Niet gebruikt
Spanningstoevoer
Veiligheidsschakeluitgang 1
Spanningstoevoer
Veiligheidsschakeluitgang 2
Vrijgave/herstart
Spanningstoevoer
(met verwarming)
Niet gebruikt = standaard
0V = alternatieve reikwijdte
Spanningstoevoer
Niet gebruikt = standaard
+24V = alternatieve reikwijdte
Spanningstoevoer
(met verwarming)
Veiligheidsschakeluitgang 1
Spanningstoevoer
Veiligheidsschakeluitgang 2
Vrijgave/herstart
5. Gebruik en onderhoud
5.1 Testen voor de inbedrijfname
Voor de inbedrijfname moeten de volgende punten door de
verantwoordelijke getest worden
Testen van de bedrading voor inbedrijfname:
1 De spanningsbron is een 24V gelijkstroomvoeding (zie technische
gegevens) die aan de Europese Laagspanningsrichtlijnen voldoet
Een onderbreking van het net van 20 ms moet overbrugd worden
2 De polariteit van de spanningstoevoer aan de BWS is correct
3 De aansluitkabel van de zender is correct aangesloten op de
zender en de aansluitkabel van de ontvanger is correct aangesloten
op de ontvanger
4 De dubbele isolatie tussen de uitgang en een externe potentiaal
is gegarandeerd
5 De uitgangen OSSD1 en OSSD2 zijn niet op +24 VDC aangesloten
6 De aangesloten schakelelementen (last) zijn niet op +24 VDC
aangesloten
7 Als twee of meer BWS ruimtelijk dicht bij elkaar gebruikt worden,
moet bij de installatie een afwisselende plaatsing in acht genomen
worden Een wederzijdse beïnvloeding van de systemen moet
uitgesloten worden
Schakel de BWS in en controleer de werking op de volgende
manier:
Het systeem voert na het inschakelen van de bedrijfsspanning
gedurende 2 seconden een zelftest uit Daarna worden de uitgangen
vrijgeschakeld indien het veiligheidsveld vrij is De groene statuslamp
aan de ontvanger brandt
Bij een niet-correcte functie moet u de instructies van het
hoofstuk Diagnose opvolgen
5.2 Onderhoud
Gebruik de BWS niet zolang de inspectie niet volledig
afgesloten en beëindigd is Een foutieve inspectie kan tot
zware of zelfs dodelijke verwondingen leiden
Voorwaarden
Om veiligheidsredenen moeten alle inspectieresultaten bewaard
worden De werkwijze van de BWS en de machine moet gekend
zijn om een inspectie te kunnen doorvoeren Als de monteur, de
planningstechnicus en de operator verschillende personen zijn, moet u
ervoor zorgen dat de gebruiker over voldoende informatie beschikt om
het onderhoud te kunnen uitvoeren
5.3 Regelmatige inspectie
Voer een regelmatige visuele inspectie en functietest uit, inclusief
de volgende stappen:
1 Het toestel vertoont geen zichtbare schade
2 De optische afdekking is bekrast noch vervuild
3 Gevaarlijke machineonderdelen kunnen uitsluitend via het
veiligheidsveld van de BWS benaderd worden
4 Bij het werken aan gevaarlijke machineonderdelen blijft het
personeel binnen de detectiezone
5 De veiligheidsafstand van de toepassing is groter dan de
mathematische berekende
NL
SLB440