Drie-knoppenbediening
Met de drie-knoppenbediening kunt u op één scherm diverse items tegelijk voor
opnameaanpassing wijzigen of instellen.
Hoewel u deze functies afzonderlijk kunt instellen op het menuscherm, kunt u met
behulp van de drie-knoppenbediening deze functies interactief aanpassen op hetzelfde
scherm.
De set items voor opnameaanpassing selecteren
1 Selecteer een opnamemodus in P, A, S of M.
2 Druk op de navigatietoets om de instellingen
te selecteren.
Elke keer dat u op de toets drukt, wordt het item als
volgt afgewisseld, te beginnen bij de
belichtingsinstellingen.
[Scherpstelinst.] t [Witbalansinst.] t
[Dyn.-bereikinst.] t [Creatieve stijl-inst.] t
Belichtingsinstellingen
U kunt de diverse instellingen wijzigen door MENU t
[Instellingen] t [Functie-instellingen] te selecteren,
gevolgd door de toewijzing van een van de volgende
items aan [Functie-instellingen 1 tot 4].
De belichtingsinstellingen zijn permanent en kunnen
niet worden gewijzigd.
Belichtingsinstellingen
(bladzijde 34)
Scherpstelinst.
(bladzijde 35)
Witbalansinst.
(bladzijde 37)
Dyn.-bereikinst.
(bladzijde 39)
Creatieve stijl-inst.
(bladzijde 41)
Foto-effectinst.
(bladzijde 43)
Eigen inst. (bladzijde 46)
Opmerkingen
• U kunt de drie-knoppenbediening niet gebruiken in combinatie met [Slim automatisch] en [Scènekeuze].
• In bepaalde modi kunnen functies niet worden toegewezen aan de instelwielen L en R of aan de
draaiknop.
Hiermee kunt u het diafragma, de belichtingscompensatie,
sluitertijd of ISO instellen (afhankelijk van de opnamemodus).
Hiermee kunt u het gebied voor automatisch scherpstellen, de
positie en de vergrotingsfrequentie instellen.
Hiermee kunt u de modus voor witbalans instellen en de
kleurtemperatuur aanpassen.
Hiermee kunt u de modus DRO/Auto HDR, het optimale
niveau instellen en de waarde voor belichtingscompensatie
aanpassen.
Hiermee kunt u de modus Creatieve stijl instellen en het
contrast, de verzadiging of scherpte aanpassen.
Hiermee kunt u de modus Foto-effect instellen en verdere
instellingen maken, afhankelijk van de submodus.
Hiermee kunt u de modus van de functies wijzigen die zijn
toegewezen aan [Eigen inst. 1, 2, 3] (bladzijde 145).
Navigatietoets
NL
32
Vervolg r