8.11 Defibrillator gereed houden voor gebruik
Controleer de HeartSave na elk gebruik op schade.
Reinig de HeartSave en het toebehoren na elk gebruik. Ontsmet de HeartSave en
het toebehoren als er risico op infectie bestaat; zie hoofdstuk 9.1.
Vervang de SavePads door nieuwe en controleer of verwissel eventueel de batterij,
zodat de HeartSave PAD weer zo snel mogelijk gebruiksklaar is.
Neem bij eventueel opgetreden storingen of opvallende gebeurtenissen zo snel
mogelijk contact op met het dichtstbijzijnde servicestation.
8.12 Observatie van de patiënt met de PRIMEDIC™ AED-M
Na een geslaagde defibrillatie met de AED-M kan de patiënt tijdens het vervoer naar het
ziekenhuis met de reeds gebruikte SavePads-elektroden via de observatiefunctie worden
geobserveerd. Bij de HeartSave AED-M heeft u de Afleiding II (Einthoven) ter beschikking.
Indien in deze situatie nogmaals een ventriculaire fibrillatie wordt geconstateerd, kan de
reanimatie snel plaatsvinden. In dat geval moet, om een een correcte analyse te garanderen,
het voertuig stilstaan en de motor uitgeschakeld zijn.
Wanneer het ECG van een patiënt in andere situaties moet worden bewaakt, maakt u gebruik
van de 2-polige ECG-patiëntenkabel.
Gebruiksaanwijzing
Bediening van de HeartSave en reanimatieprocedure
HeartSave AED/AED-M 21220 / NL / F02
47 / 82