6.10 - Gebruik bij slechte weersomstandigheden
Koud weer
- Alvorens de machine te gebruiken de olie ver-
warmen door enkele manoeuvres aan de grond
uit te voeren, zonder bediener op het werkplat-
form.
- Controleer voortdurend de laadtoestand van de
batterijen
Warm weer
- Vervang regelmatig de filters.
- Controleer voortdurend de laadtoestand van de
batterijen.
6.11 - Vervoer op de weg
WAARSCHUWING !
Alvorens te vertrekken controleren of de aftakas uitgeschakeld is om ernstige schade aan het voer-
tuig te voorkomen.
Het bedienen van het samenstel vergt altijd bijzondere bevoegdheden en een technische voorbereiding,
maar ook een grote verantwoordelijkheidsgevoel, om deze redenen is het gebruik alleen toegestaan aan
bevoegd en daarvoor aangesteld personeel.
Het vervoer op de weg is alleen toegestaan aan gehomologeerde wagens en aan bestuurders die aan de
van kracht zijnde vereisten, voorzien door de code voor het vervoer op de weg, voldoen.
In ieder geval alvorens de verplaatsing te starten zich vergewissen:
- de beveiligingen voor het vervoer op de weg goed ingeschakeld zijn;
- dat de mobiele onderdelen, die tijdens het vervoer plotseling zouden kunnen bewegen, op een veilige
wijze vastgezet zijn;
- dat de uitstekende onderdelen goed zijn aangegeven;
- dat op het werkplatform geen voorwerpen of werktuigen aanwezig zijn.
- Alarmsignalen in de cabine
GEVAAR !
De geluidssignalen en de controlelampjes in de stuurcabine (ingeschakelde aftakas, uitgeschoven
stabilisatoren, enz.) belemmeren niet het vervoer van de machine over de weg.
De bediener moet de oorzaak van de activering van de signaleer inrichtingen opsporen en dus han-
delen om de machine in een veilige toestand te brengen.
Het is verboden met de machine over de weg te gaan als een geluidssignaal of een controlelampje
aan zijn.
In de cabine zijn er een alarminrichting en enkele controlelampjes; het aangaan ervan weergeeft een alarm
met betrekking tot het vervoer over de weg.
Weinig licht
De machine is niet voorzien van een eigen verlich-
ting.
Om met weinig licht te werken moet de gebrui-
ker de werkzone voorzien van een kunstmatige
verlichting die voldoende moet zijn om veilig te
kunnen werken.
Inlichting
Op verzoek wordt een werklamp geleverd die op
het werkplatform aangebracht kan worden voor de
verlichting van de werkzone (zie "Toebehoren" -
Werklamp).
6.30