Houd de knop (8) drie seconden ingedrukt
tot
(aan) wordt weergegeven, samen
ON
met de vervuilingsindicatie in het tekstveld
(4) van de displayeenheid.
Laat de knop (8) los.
Het symbool (5) begint te knipperen. De re-
generatie wordt aangevraagd en er wordt
gecontroleerd of de motor op bedrijfstempera-
tuur is.
OPMERKING
Het regenereren wordt alleen gestart als
de motor op bedrijfstemperatuur is. Laat
de motor indien nodig draaien tot hij op
bedrijfstemperatuur is.
De regeneratie wordt handmatig gestart. Het
symbool (5) licht op en blijft branden (circa
30 minuten).
Tijdens het regenereren kan er nog steeds
met de heftruck worden gereden.
Bedieningshandleiding – 396 801 15 09 NL – 06/2014
4
Gebruik
Standaarduitrusting
95