4
Gebruik
Speciale uitrusting
Aansluiting van netkabel (spiraalkabel) van
geïntegreerde lader op netcontactdoos
GEVAAR
Bij een ondeugdelijke beveiliging van de netcon-
tactdoos kan de netkabel oververhit raken.
De netcontactdoos moet beveiligd zijn volgens
de desbetreffende voorschriften. Dit geldt in het
bijzonder bij het gebruik van verlengkabels. Volg
de instructies voor het correct beveiligen van
netcontactdozen op.
Schakel een geautoriseerde technicus in.
GEVAAR
Bij een beschadigde netkabel bestaat er levensge-
vaar door elektrische stroom.
Gebruik uitsluitend netkabels die in goede staat zijn
en die zijn getest door een geautoriseerde monteur.
OPMERKING
Zorg tijdens het opladen voor een voldoende
en veilige afzuiging van de tijdens het opladen
vrijkomende gassen. Laad de batterij op in
een goed geventileerde ruimte. De afsluitdop-
pen van de cellen moeten gesloten blijven.
OPMERKING
De volgende procedure dient te worden aan-
gehouden, omdat er anders storingscodes in
de displayeenheid kunnen worden opgesla-
gen.
Schakel het contact uit.
Druk op de noodstopschakelaar.
Verwijder de afdekking achter.
124
4
Bedieningshandleiding – 386 801 1509 NL – 05/2014
e3861145a