5
Onderhoud
Machine reinigen
Machine reinigen
Hoe vaak de machine moet worden gereinigd,
is afhankelijk van het gebruik ervan.
Als de machine met zeer agressieve stoffen in
aanraking komt, bijv. zout water, kunstmest,
chemicaliën, cement etc., moet hij na elk
gebruik grondig worden gereinigd.
Hete stoom of reinigingsmiddelen met een
sterk ontvettende werking mogen alleen met
de grootst mogelijke voorzichtigheid worden
gebruikt, omdat deze het vet in de lagers met
levensduursmering verdunnen waardoor dit
wegloopt.
Doordat opnieuw smeren niet mogelijk is,
zullen de lagers onherstelbaar beschadigd
raken.
Als u met perslucht reinigt, verwijder dan hard-
nekkig vuil met een vloeibaar reinigingsmid-
del.
Besteed bij het reinigen speciale aandacht
aan de olievulopeningen en hun omgeving
156
en de smeernippels, voordat u met smeren
begint.
LET OP
Was de machine nooit wanneer deze ingeschakeld
is.
Schakel de machine helemaal uit.
LET OP
Bij het reinigen met een waterstraal (hogedruk- of
stoomreiniger en dergelijke) mag de waterstraal
niet direct op de vooras en omgeving ervan, op
de elektrische en elektronische componenten, op
stekkers of op isolatiemateriaal worden gericht. In
de buurt van de centrale elektrische installatie en
van de schakelaarconsole mag geen water worden
gebruikt.
Als dit echter niet te vermijden is, moeten de betref-
fende delen eerst goed worden afgedekt, of reinig
alleen met een droge doek of met schone perslucht.
Bedieningshandleiding – 386 801 1509 NL – 05/2014