Druk na het reinigen van de printkop het controleraster voor spuitopeningen af en controleer het resultaat.
Reinig de printkop
Als dit niet is verbeterd, reinigt u nogmaals de printkop.
Als het resultaat hierdoor nog steeds niet is verbeterd, gaat u verder met de volgende stap.
Voer een diepte-reiniging van de printkop uit.
Stap 3
Druk na de diepte-reiniging van de printkop het controleraster voor spuitopeningen af en controleer het resultaat.
Voer een diepte-reiniging van de printkop uit
Als dit niet is verbeterd, schakelt u de printer uit, wacht u minstens 24 uur en gaat u dan verder met de volgende stap.
Voer nogmaals een diepte-reiniging van de printkop uit.
Stap 4
Druk na de nieuwe diepte-reiniging van de printkop het controleraster voor spuitopeningen af en controleer het resultaat.
Als het resultaat hierdoor nog steeds niet is verbeterd, gaat u verder met de volgende stap.
Voer een inktvervanging uit.
Stap 5
Druk na het uitvoeren van een inktvervanging het controleraster voor spuitopeningen af en controleer het resultaat.
Een inktvervanging vraagt veel inkt. Als u deze vaak uitvoert, wordt veel inkt verbruikt. Voer daarom alleen een inktvervanging uit als het
nodig is.
Inktvervanging (Ink Flush)
Als het controleraster voor spuitopeningen ook na het uitvoeren van een inktvervanging niet correct wordt
afgedrukt, controleert u de installatiestatus van de printkop.
Installatie van printkop bevestigen
Wanneer een inkttank opraakt, vult u de inkttank opnieuw.
Controle 4
Als het resterende inktniveau zich onder de ondergrenslijn (A) bevindt, vult u de inkttank.
Als u de printer gebruikt totdat de inkttank leeg is, voert u een inktvervanging uit nadat de inkttank opnieuw is
gevuld.
Inkttank opnieuw vullen
Inktvervanging (Ink Flush)
Als u papier met één bedrukbare zijde gebruikt, moet u de juiste bedrukbare
Controle 5
zijde van het papier controleren.
Als u afdrukt op de verkeerde zijde van dit soort papier, kunnen de afdrukken onduidelijk worden of kan de
kwaliteit minder worden.
Wanneer u papier in de achterste lade plaatst, plaatst u het papier met de afdrukzijde naar boven. Wanneer u
papier in de cassette plaatst, plaatst u het papier met de afdrukzijde naar beneden.
Raadpleeg de instructiehandleiding bij het papier voor meer informatie over de bedrukbare zijde.
302