Functieoverzichten
C.
Impulssignalen
MOD
Benaming
MOD4
Puls op OPEN-commando van binnenuit
MOD27
Impuls na bereiken van de eindpositie OPEN
MOD 40
Impuls bij OPEN-commando van buitenaf
D.
Remfuncties (alleen op relais 4 instelbaar)
MOD
Benaming
MOD14
Rem (ruststroomprincipe)
MOD15
Rem (werkstroomprincipe)
MOD16
Rem (ruststroomprincipe) in eindpositie OPEN
geschakeld
E.
Storingsmeldingen
MOD
Benaming
MOD5
Storingsmelding
MOD17
Veiligheidscontactlijst bediend
MOD35
Fotocel
MOD39
Fout ledje
38 – Deurbesturing CS 310 FU / Rev.D 1.50
Opmerkingen
Het relais sluit het contact gedurende 1 seconde wanneer de deur een OPEN-
commando van binnenuit krijgt Met deze impuls kan bijvoorbeeld een lichtregeling
worden gerealiseerd.
Het relais sluit het contact gedurende 2 seconden wanneer de deur de positie
Eindpositie OPEN bereikt. Met deze impuls kan bijvoorbeeld een volgende slagboom
worden geopend.
Het relais sluit het contact gedurende 1 seconden wanneer de deur een OPEN-
commando van buitenaf krijgt. Met deze impuls kan bijvoorbeeld een lichtregeling
worden gerealiseerd.
Opmerkingen
Via het relais wordt het schakelcontact van de remgelijkrichter aangestuurd om een
snellere remwerking te realiseren. Zodra de deur zich beweegt, wordt het contact
gesloten en de rem geventileerd (ruststroomprincipe).
Via het relais wordt het schakelcontact van de remgelijkrichter aangestuurd om een
snellere remwerking te realiseren. Zodra de deur zich beweegt, wordt het contact
geopend en de rem wordt geventileerd (werkstroomprincipe).
Via het relais wordt het schakelcontact van de remgelijkrichter aangestuurd om een
snellere remwerking te realiseren. Zodra de deur zich beweegt, wordt het contact
gesloten en de rem geventileerd (ruststroomprincipe). Om in de bovenste eindpositie
een zachter stopgedrag van de deur te bereiken, wordt het schakelcontact in de
positie Eindpositie OPEN (OPENTIJD) niet geschakeld.
Opmerkingen
Het relais opent het contact wanneer er een STOP-commando komt of een fout optreedt.
Alle fouten van hoofdstuk 10 leiden tot de activering van het relais.
Het relais opent het contact wanneer de veiligheidscontactlijst wordt geactiveerd. Een fout van
de veiligheidscontactlijst of een mislukte test wordt via MOD5 aangegeven.
Schakelt analoog aan de fotocelingang X4 (3/4) het binnenkomende signaal als een melding
door.
Relais ON: Signaal van de fotocel is in orde
Relais OFF: Lichtstraal onderbroken of fotocel defect
Het relais sluit het contact altijd wanneer de interne fout LED 2 (rood) brandt.