Softwareopties
Via de functie Softwareopties kunt u een softwareoptie activeren met een code
die uniek is voor de optie en het serienummer van het beademingsapparaat.
OPMERKING:
Voordat u een optie installeert, dient u te controleren of het
serienummer van het beademingsapparaat overeenkomt
met het serienummer in het venster Info. bead. ('Vent Info
(informatie beademingsapparaat)' op pagina 6-18).
Neem contact op met Philips als de serienummers niet
overeenkomen.
1. Kies in het scherm Systeeminstellingen Softwareopties om het scherm
Softwareopties activeren te openen (Afbeelding E-8).
Afbeelding E-8: Scherm Softwareopties activeren
2. Gebruik het toetsenblok op het scherm om de code in te voeren en
druk vervolgens op Enter. Op het scherm wordt Ingeschakeld:
weergegeven, gevolgd door de naam van de softwareoptie.
3. Herhaal indien nodig om verdere opties te activeren.
Diagnosemodus
E-9