11.11 Montage en hydraulische aansluitingen van extra aanbouwapparaten
M
Gevaar op ongevallen door niet correct aangesloten aanbouwapparaten.
Door aanbouwapparaten, die hydraulisch niet correct zijn aangesloten kunnen
ongevallen worden veroorzaakt.
– Montage en inbedrijfstelling van aanbouwapparaten mogen enkel door vakkundig
en geschoold personeel worden uitgevoerd.
– Handleiding van de producent van het aanbouwapparaat in acht nemen.
– Voor de inbedrijfstelling de bevestigingselementen controleren op correct en goed
vastzitten en op volledigheid.
– Voor de inbedrijfstelling eerst controleren of het aanbouwapparaat goed werkt.
Hydraulische aansluitingen
Voorwaarden
– Drukloze hydraulische slangen.
– Bewegingsrichtingen van de aanbouwapparaten moeten overeenkomen met de
bedieningsrichting van de bedienelementen.
Werkwijze
– Hydraulische
uitschakelen en enkele minuten wachten.
– Steekkoppeling verbinden en vergrendelen.
– Bedienelementen met symbolen, waarop de werking van het aanbouwapparaat
herkenbaar is, markeren.
Aanbouwapparaat is hydraulisch verbonden.
Z
Uitgestroomde hydraulische olie met geschikte middelen binden en volgens
de geldende milieuvoorschriften afvoeren. Bij aanraking met de huid hydraulische
olie grondig met water en zeep afwassen! Bij aanraking met de ogen meteen met
stromend water uitspoelen en een arts raadplegen.
slangen
drukloos
maken,
daarvoor
intern
transportmiddel
E 65