Inhoudsopgave
Advertenties
7. Verwijder de PC-vloeistofpatroon (Y) door deze
naar voren te trekken of een schroevendraaier
in de sleuven te steken. Afdichtvlakken en
tegenoverliggende terugslagventielen zorgen
voor weerstand.
F
Y
OPMERKING: Als er veel kracht nodig is om de
PC-vloeistofpatroon te verwijderen, gebruik de
meegeleverde steeksleutel en aandrijfspindel (X)
om de patroon uit de vloeistofbehuizing (F) te halen.
8. Reinig het oppervlak van de vloeistofbehuizing (F)
met een geschikt oplosmiddel.
F
3A7784G
X
Voorkom dat uitgehard materiaal in de
vloeistofboringen komt door de poorten aan A- en
B-zijde van de vloeistofbehuizing (F) te reinigen
voordat er een nieuwe patroon wordt geplaatst.
Blootstelling aan lucht kan ervoor zorgen dat materiaal
in het pistool uithardt. Uitgehard materiaal kan ervoor
zorgen dat componenten van het pistool samenkleven,
waardoor het lastig is te verwijderen en er schade
aan de afdichtoppervlakken kan ontstaan.
9. Verwijder de mengkamer (N) en controleer
de afdichtvlakken. Controleer of de
inklemmingspoorten schoon zijn en er geen
krassen op het oppervlak zijn te zien. Zie De
inklemmingspoorten van de mengkamer
reinigen, pagina 24.
10. Ga verder naar de procedure De vloeistofpatroon
weer monteren of vervangen, pagina 25.
De vloeistofpatroon weer
monteren of vervangen
Achterhaal het probleem met de PC-vloeistofpatroon
en bepaal de volgende stappen.
•
Als het pistool geen chemicaliën spuit bij het
overhalen van de trekker: Voer de procedure
De vloeistofpatroon controleren uit.
•
Als het pistool slechts één chemisch middel
spuit bij het overhalen van de trekker: Voer de
procedure De vloeistofpatroon controleren uit.
•
Het pistool spuit chemicaliën bij deactivering:
Vervang de vloeistofpatroon. Voer de procedure
Het spuitpistool monteren uit, pagina 13.
Onderhoud
LET OP
25
Advertenties
Inhoudsopgave
