8.2.3.2 Begin cryoablatieprocedure
De ablatieprocedure voor isolatie van pulmonale venen volgt het volgende algoritme:
1.
Vul de cryoballon desgewenst met behulp van een van de volgende drie (3) methoden:
• Druk op de drukknop START
• Druk op het START-pedaal van de voetschakelaar (rechter pedaal, groen)
• Druk op de knop INFLATE (Vullen) op het behandelingsscherm
Wanneer de cryoballon de opgeblazen toestand heeft bereikt, zijn de volgende indicatoren
te zien op het behandelingsscherm (Afbeelding 11). De statusbalk geeft INFLATION
(Vullen) aan; de katheterillustratie toont een opgeblazen ballon; de knoppen STOP en
Black (K) ∆E ≤5.0
De kortere extra tijd is instelbaar in stappen van 30 seconden beginnend bij
60 seconden (als de TTI-gebruikersinstelling is ingesteld op 50 seconden
of minder) tot maximaal 30 seconden minder dan de langere tijd (maximaal
210 seconden).
De langere extra tijd is instelbaar in stappen van 30 seconden beginnend bij
60 seconden (als de kortere duur is ingesteld op 60 seconden) tot maximaal
240 seconden.
Als deze optie wordt gekozen, wordt bij de ablatieduur 240 seconden
weergegeven, ongeacht de ingestelde punten op het scherm Settings
(Instellingen). Als de gebruiker aangeeft dat de vene vóór het vastgestelde
punt geïsoleerd is, geeft de ablatieduur de huidige ablatieduur plus de kortere
tijd weer. Als de gebruiker heeft aangegeven dat de vene na het vastgestelde
punt geïsoleerd werd, geeft de ablatieduur de huidige ablatieduur plus
de langere tijd weer. Telkens wanneer de ablatieduur automatisch wordt
gewijzigd door de console, knippert de ablatieduur. Houd er rekening mee
dat de maximale ablatietijd altijd 240 seconden bedraagt.
Cryoballon vullen
Cryoballon positioneren
Bevriezen
Ontdooien
Cryoballon legen
Verplaats/Verwijder
cryoballon
Afbeelding 10.
Ablatieprocedure-algoritme
op het voorpaneel van de console
22