Opstarten
De ram starten en afstellen
1. Zet de ingebouwde scheidingsschakelaar (M)
in de UIT-stand.
2. Breng de ram omhoog door het hoofdluchtschuif-
ventiel (AA) te openen en de luchtregelaar van
de ram (AB) in te stellen op 40 psi (0,28 MPa,
2,8 bar).
3. Stel de handgreep van het stuurventiel voor de
ram (AC) in de stand OMHOOG en laat de ram
omhoog gaan, totdat deze de totale hoogte
heeft bereikt.
4. Stel de handgreep van het stuurventiel voor de
ram (AC) in op neutraal.
5. Smeer de volgplaatafstrijker (EB) met vet of een
smeermiddel dat compatibel is met de vloeistof
die gepompt zal worden.
6. Zet een vol vat/volle emmer op de voetplaat
van de ram en centreer dit/deze onder de
volgplaat (D).
7. Verwijder vervolgens het deksel van het vat/de
emmer en strijk met een liniaal het oppervlak van
de vloeistof glad. Om te voorkomen dat er lucht
vast komt te zitten onder de volgplaat, moet u de
vloeistof van het midden van de emmer naar
de zijkanten scheppen om het oppervlak hol
te maken.
8. Zet het vat/de emmer precies zo dat dit/deze
uitgelijnd is op de volgplaat en verwijder de
ontluchtingsstick om de ontluchtingspoort van
de volgplaat te openen.
22
Ontluchtingsstick
volgplaat
EB
Ontluchtingsstick
volgplaat
EB
D60
D200
3A9389K