Onderhoud
aandrijfsysteem
De bandenspanning
controleren
Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks
De banden worden in de fabriek opzettelijk te hard
opgepompt. U moet daarom voor gebruik wat lucht
laten ontsnappen om de luchtdruk te verminderen. De
luchtdruk in de banden moet tussen 0,83 en 1,03 bar
zijn. Controleer de bandenspanning elke dag.
Belangrijk:
Zorg ervoor dat alle banden steeds
g016642
de aanbevolen bandenspanning hebben, hierdoor
Figuur 98
kan de machine optimale maaiprestaties leveren
1. Zekeringen
en goed functioneren. Pomp de banden niet te
zacht op.
Torsie van wielmoeren
controleren
Onderhoudsinterval: Na de eerste 8 bedrijfsuren
Om de 200 bedrijfsuren
Plaats de machine op een horizontaal oppervlak, laat
de maai-eenheden zakken, stel de parkeerrem in
werking, zet de motor af en verwijder het sleuteltje.
WAARSCHUWING
Indien de wielmoeren niet steeds zijn
aangedraaid met de correcte torsie, kan
dit leiden tot defecten of verlies van een
wiel, waardoor lichamelijk letsel kan worden
veroorzaakt.
De torsie van de moeren van de voorwielen en
achterwielen moet 115 tot 136 N·m bedragen.
Haal de moeren aan na 1 tot 4 bedrijfsuren
en nog eens na 8 bedrijfsuren. Draai de
wielmoeren vervolgens om de 200 uur aan.
Opmerking:
De moeren van de voorwielen zijn
1/2-20 UNF. De moeren van de achterwielen zijn
M12 x 1,6-6H (metrisch).
Controleer de
planeetaandrijvingen op
eindspeling
Onderhoudsinterval: Om de 400 bedrijfsuren
64