Testen volvelds strooibeeld
bij kantstrooien
Aansluitend strooibeeld bij
kantstrooiplaat
Aansluitend strooibeeld
bij kantstrooicilinder
Werkzaamheden vóór het strooien
Test vervolgens het aansluitende volvelds strooibeeld met het
juiste aftakas-toerental.
Verdeel de bakken als hieronder; met een fictieve slootkant.
X m (X ft)
Beoordeling en aanpassing
Het maximaal toelaatbaar verlies in de sloot is vastgelegd in de
milieunorm (EN 13739-1). Om aan de norm te voldoen mag de
hoeveelheid kunstmest in de opvangbak, die in de fictieve sloot staat,
maximaal 10% zijn van de hoeveelheid in de opvangbak midden in het
rijspoor (= 100%).
Pas het aftakas-toerental aan bij de eerste volvelds omgang als er
meer dan 10% in de sloot wordt gestrooid.
Breng het aftakas-toerental voor de opvolgende omgangen weer
A
ANWIJZING
op de juiste waarde.
De eerste omgang met de kantstrooicilinder is op halve werkbreedte
uit de perceelsgrens of sloot uitgevoerd.
Uiterste korrels kunstmest tot volgend spoor?
X
Controleer of de uiterste korrels kunstmest tot aan de trekkers-
poren van de volgende volle werkgang liggen.
Plaats de bakken in lengterichting op het gereden trekkerspoor,
aan de kant van het volgende omgang.
Strooi de eerste volvelds omgang en controleer enkele korrels in
de bakken liggen.
Pas eventueel het toerental iets aan.
Houd de rijsnelheid constant op de waarde waarmee u de gift
berekende!
A
Als u de ED II gebruikt zal de dosering automatisch aan de nieuwe
ANWIJZING
rijsnelheid worden aangepast.
Fictieve slootkant
Bakken plaatsen
Slootkant
1/2 X
103