5
Druk op de EXECUTE toets.
Het invoerscherm voor een sleutelwoord wordt
getoond.
Indien reeds een sleutelwoord voor het beeld is
ingevoerd, zal dat sleutelwoord verschijnen.
ID SET
ID No. [0123456789012345]
END
BS
CLR
0123456789!"#$%&'
ABCDEFGHIJKLMNOPQRS
TUVWXYZ*+,-./;:<=>? 100MIN
abcdefghijklmnopqrs
tuvwxyz@[¥]^_{ }
0001/00009
6
Kies de gewenste, in te voeren letter met de
4 (UP)/$ (DOWN) toetsen. Druk op de
EXECUTE toets.
De gekozen letter wordt nu ingevoerd.
Herhaal deze stappen om het sleutelwoord in te
voeren. U kunt maximaal 16 letters voor een
sleutelwoord invoeren.
Opmerking
Zet de cursor op CLR en druk op de EXECUTE
toets wanneer u het gehele sleutelwoord nogmaals
wilt invoeren.
7
Indien u minder dan 16 letters voor een
sleutelwoord wilt invoeren, moet u de cursor naar
END verplaatsen wanneer u klaar bent en dan op
de EXECUTE toets drukken.
Het sleutelwoord wordt toegevoegd en vervolgens
verschijnt het menu weer op de LCD-monitor. Ga
naar stap 9.
vervolg op de volgende bladzijde
P No.99
SPC
NL
71