7.
Inspectie en onderhoud mag alleen gebeuren als:
- De trekkeraftakas is uitgeschakeld
- De hefinrichting van de trekker in de laagste stand staat
- De trekkermotor is stopgezet
- De contactsleutel is verwijderd
- Het hydraulische systeem drukloos is gemaakt
Klepels, bouten, klepelbevestigingen en slijtplaten.
Klepels, bouten en bevestigingsplaten op de rotoras moeten regelmatig worden
gecontroleerd op slijtage.
Werk nooit met klepels, bouten en bevestigingsplaten die
niet aan de minimale maten voldoen! Zie hiervoor figuur 7.1.1. Vervang
onmiddellijk alle delen die niet aan de minimale maten voldoen!
Zie figuur 7.1.1
Minimale maten
klepelbevestigingen
Aandraaimoment moer klepelbevestigingsmoer: 80 Nm
Afgesleten klepels geven een slecht maaibeeld. Vervang in dit geval alle klepels en
indien nodig, alle bouten. Zou men alleen de meest afgesleten klepels vervangen,
dan komt de rotoras in onbalans, waardoor trillingen optreden die binnen een zeer
korte tijd grote schade aan uw maaier kunnen veroorzaken. Trillingen kunnen duiden
op een of meer (extreem) beschadigde klepels. Tevens kunnen rond de rotoras
gewikkelde voorwerpen (bijv. prikkeldraad) trillingen veroorzaken. Schakel bij
optredende trillingen en/of verandering van het geluid van de maaier direct de
aftakas uit, spoor de oorzaak op en verhelp deze !
Onderhoud van de machine.
21