Inhoudsopgave
Advertenties
Buitenbedrijfstelling
BELANGRIJK!
20997829_NL_RC6_V19_180324
5.4 Buitenbedrijfstelling (opslag)
5.4
Buitenbedrijfstelling (opslag)
Vacuümpomp buiten bedrijf stellen
1. Voer de stappen voor de buitenbedrijfstelling uit, zie hoofd-
1.
stuk: 5.3 Uitschakelen op pagina 54
5.3 Uitschakelen op pagina
2. 2. Voer het condensaat uit de opvangbakken van de afscheider
aan de zuigzijde (optioneel) en het afvoerfilter af.
3. 3. Spoel de pomp met droge stikstof.
Sluit droge stikstof
pomptoevoer of de gasballast en laat de pomp kort draaien
(ca. 1 minuut).
4. 4. Ververs de olie ter bescherming van de pomp, zie hoofd-
stuk: 7.3 Olie verversen op pagina 65
7.3 Olie verversen op pagina
5. 5. Vul de vacuümpomp volledig met verse olie ter bescherming
tegen corrosie (voorbij de "max."-markering).
Let op
Let op: Tap voor elke nieuwe inbedrijfstelling de olie af tot aan
de markering "max.".
6. 6. Sluit het handmatige gasballastventiel.
7. 7. Maak de vacuümpomp bij uitwendige verontreiniging aan de
buitenkant schoon.
8. 8. Sluit de toe- en afvoer van de vacuümpomp af, bijv. met de
transportdoppen.
9. 9. Verpak de vacuümpomp stofdicht, eventueel droogmiddel
toevoegen.
10. Bewaar de vacuümpomp op een koele en droge plaats.
10.
5 De vacuümpomp is buiten bedrijf gesteld.
Wanneer om bedrijfsmatige redenen beschadigde onderdelen
worden opgeborgen, moeten deze herkenbaar als onbruikbaar
worden gemarkeerd.
Bij opslag van langer dan een jaar moet vóór de hernieuwde
inbedrijfstelling van de vacuümpomp de olie worden ververst en
een onderhoudsbeurt worden uitgevoerd.
Inbedrijfstelling (werking)
54.
(max. 1,2 bar/900 torr absoluut)
65.
aan op de
onbruikbaar
55
Advertenties
Inhoudsopgave
