8.5.2
Overdracht van de parameterset met centrale besturing en MQP..
1. Let bij werkzaamheden aan de MOVIMOT
2. Controleer de aansluiting van de MOVIMOT
3. Stel alle mechanische bedieningselementen identiek aan het referentie-apparaat in.
4. Breng de 24V-voeding van de MOVIMOT
5. Start de communicatie tussen de overkoepelende besturing en de MOVIMOT
6. Draag de complete parameterset van het MOVIMOT
AANWIJZING
De parameter P805 Startup mode moet als eerste waarde worden overgedragen.
7. Controleer de werking van de MOVIMOT
Technische handleiding – MOVIMOT
Inbedrijfstelling "Expert" met parameterfunctie
Inbedrijfstelling door overdracht van de parameterset
zingen en waarschuwingen in het hoofdstuk "Belangrijke aanwijzingen voor de inbe-
drijfstelling" (Æ pag. 102).
Zie hoofdstuk "Elektrische installatie".
laar.
De aansluiting van de overkoepelende besturing op de MOVIMOT
begin van de communicatie zijn afhankelijk van het type overkoepelende besturing.
Informatie over de aansluiting van de overkoepelende besturing op de MOVIMOT
regelaar vindt u in het handboek "PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers".
®
de MOVIMOT
-regelaar.
De handelwijze bij de overdracht is afhankelijk van het type overkoepelende bestu-
ring.
®
MM..D met draaistroommotor DRS/DRE/DRP
®
-regelaar altijd op de veiligheidsaanwij-
®
-regelaar.
®
-regelaar tot stand.
®
-referentie-apparaat over naar
®
-aandrijving.
I
8
0 0
®
-rege-
®
-regelaar en het
®
-
109