Inhoudsopgave
Advertenties
3
Voer de volgende procedure uit.
(1) Schakel het selectievakje [Printerinformatie instellen] in.
(2) Klik op [Volgende].
4
Stel de printerinformatie in.
(1) Geef voor elke optie de benodigde instellingen op.
(2) Klik op [Volgende].
[Printernaam]
[Als standaard instellen]
[Gebruiken als gedeelde printer]
[Gedeelde naam]
OPMERKING
Als u het selectievakje [Gebruiken als gedeelde printer] hebt ingeschakeld
Installeer het extra printerstuurprogramma aan de hand van de volgende procedure.
Voer een nieuwe naam in als u de printernaam wilt wijzigen.
Schakel dit selectievakje in als u deze printer als de standaardprinter wilt gebruiken.
Schakel dit selectievakje in om de computer waarop het stuurprogramma is
geïnstalleerd, in te stellen als afdrukserver.
Zie
"Als u de printer gebruikt in de
informatie over het delen van de printer (afdrukserveromgeving).
Wijzig zo nodig de gedeelde naam.
afdrukserveromgeving" voor meer
Advertenties
Inhoudsopgave
