Fouten Bij Verwarming En Warmwater - Solvis SolvisMax SC-3 Bedieningsinstructies
Verberg thumbnails
Zie ook voor SolvisMax SC-3:
- Bedieningshandleiding voor de installateur (68 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
8 Verhelpen van storingen
8.5 Fouten bij verwarming en warmwater
Is/zijn het warmwater en/of de aanvoertemperatuur te
koud, dan te allen tijde als eerste controleren of de tijd en
de datum in de regeling correct zijn ingesteld. Vervolgens
dient u de tijdprogramma's te controleren; eventueel be-
vindt zich het verwarmingscircuit, de drinkwaterverwarming
of de circulatie momenteel buiten de tijdvensters.
Foutentabel
Probleem
Ruimtetemperatuur te laag
Ruimtetemperatuur te hoog
De referentieruimte is continu te
warm of te koud**
Warmwatertemperatuur te laag,
hoewel de boiler warm is
* Na iedere nieuwe instelling van de systeemregeling moet enige tijd worden gewacht (één of meerdere dagen) alvorens nieuwe wijzigingen mogen
worden aangebracht. Door fysieke factoren treden bij wijzigingen van de parameters in regelsystemen vaak schommelingen in de regelwaarde (ruimte-
temperatuur) op. Deze regelwaarde nadert, afhankelijk van de omstandigheden, min of meer snel een constante waarde.
** Voor een optimale benutting van de energie adviseren wij uitdrukkelijk de verwarmingsinstallatie hydraulisch af te stellen. Eerst moeten alle radiator-
ventielen volledig worden geopend. In de ruimte met de temperatuursensor (ruimtebedieningselement) moeten de radiatorventielen altijd volledig
geopend blijven. Indien alle ruimten in gelijke mate te warm of te koud zijn, dient de stooklijn op de systeemregeling dienovereenkomstig te worden
gewijzigd. Heerst daarentegen in de referentieruimte de correcte temperatuur, terwijl andere ruimten te warm zijn, dan dienen aldaar de radiatorventie-
len verder te worden dichtgedraaid. Is het in één van de ruimten ondanks volledig opengedraaide radiatorventielen te koud, dan wordt geadviseerd om
het ruimtebedieningselement naar deze ruimte te verplaatsen (nieuwe referentieruimte).
46
Oorzaak
De regelaar is uitgeschakeld, of bevindt zich in de
"Stand-by" of de nachtmodus.
Storingsmelding „STORING BRANDER"
Radiatoren niet warm genoeg.
De ruimtetemperatuur kan niet met behulp van het
radiatorventiel worden ingesteld.
Radiatoren te warm.
Alle ruimten zijn te sterk verwarmd of de referentie-
ruimte is te warm.**
Stooklijn foutief ingesteld.
Gew. WW-temp. te laag ingesteld.
Lucht in het voorraadvat.
Oplossing
Hoofdschakelaar op de console van de regeling inscha-
kelen.
Noodschakelaar van de verwarming inschakelen.
Lokale zekering voor de verwarming controleren.
SolvisBen Gas: Melding ontgrendelen.
SolvisBen Olie / Externe warmtegeneratoren: De
storing aan de brander ontgrendelen.
Eventueel bevindt zich de brander op dat moment in
de warmwater-voorrangsschakeling, d.w.z. het warm-
watervoorraadvat wordt door de grote warmwaterbe-
hoefte met voorrang geladen,
opvragen", hoofdstuk "Verwarmingscircuits", pag.28.
Radiatorventiel verder opendraaien.**
De gewenste kamertemperatuur in het tijdprogramma
van het verwarmingscircuit verhogen*, zie
graaf "Gewenste ruimte- en nachttemperatuur wijzi-
gen", hoofdstuk "Verwarmingscircuits", pag. 28.
Eventueel de steilheid wijzigen*, zie tabel op volgende
pagina.
Radiatorventiel verder dichtdraaien.**
De gewenste ruimtetemperatuur in het tijdprogramma
van het verwarmingscircuit verlagen*, zie
graaf "Gewenste ruimte- en nachttemperatuur wijzi-
gen", hoofdstuk "Verwarmingscircuits", pag. 28.
Eventueel de steilheid wijzigen*, zie tabel op volgende
pagina.
Indien het probleem niet kan worden verholpen, de
installateur informeren.
Er dient een andere stooklijn te worden ingesteld, zie
tabel op volgende bladzijde.
Stel T.ww.GEW in, zie
warmwatertemperatuur", pag.23.
Voorraadvat ontluchten (installateur informeren).
BAL-SBSX-3-K-NL · Technische wijzigingen voorbehouden · 32441-3a SOLVIS
paragraaf "Status
para-
para-
hoofdstuk "Instellen van de
Advertenties
Inhoudsopgave
