Inhoudsopgave
Advertenties
3. Op ZRS 2600- en ZRS 4200-pompmodellen wordt de correcte draairichting aangegeven
door een pijl op de motorventilatorkap
observeer de motorventilator in de ventilatorkap, schakel de ZRS-pomp twee of drie
seconden in en schakel de ZRS-pomp opnieuw uit.
Gebruik voor ZRS 250-, ZRS 500- en ZRS 1200-pompmodellen de bovenstaande methode
om de draairichting te bepalen. De draairichting wordt daarnaast ook aangegeven met een
pijl naast het draairichtingskijkglas
motorkoppeling in het kijkglas
seconden in en schakel de ZRS-pomp daarna weer uit.
4. Controleer of de draairichting van de koppeling die u geobserveerd hebt in stap 3 dezelfde
is als de draairichting die aangegeven wordt door de rotatiepijl op de motor of op het
draairichtingskijkglas. Als de draairichting correct is, gaat u verder met
5. Als de draairichting van de koppeling niet correct was:
Schakel de hulppomp uit en ontlucht het systeem; isoleer de ZRS-pomp van de
stroomvoeding; draai om het even welke twee fasedraden in de
motorklemmenkast om.
Herhaal de controle in stap 2 om te verzekeren dat de draairichting nu correct is.
3.8
De pompinlaat en pompuitlaat aansluiten
Sluit de inlaat van de ZRS-pomp aan op het vacuümsysteem en sluit de afvoer ervan aan op de
hulppomp en de systemen voor het afzuigen/beperken van de uitlaat, zoals vereist.
De pompinlaat- en pompuitlaataansluitingen zijn gemaakt met standaard-ISO-flenzen,
ingesloten o-ringen en (alleen op de ZRS 250-pompen) een hulpdichting.
De ZRS 2600- en ZRS 4200-pompmodellen hebben twee alternatieve uitlaatposities: aan de
onderkant van de ZRS-pomp en aan de zijkant van de ZRS-pomp.
29
(Figuur
WAARSCHUWING
Zorg ervoor dat de belastingslimieten van de pompinlaatflens en -
uitlaatflens zoals gespecificeerd in
worden. Als dit wel het geval is, bestaat er een risico op lekken van
procesgassen uit de ZRS-pomp, of op schade aan de ZRS-pomp.
WAARSCHUWING
Als er deeltjes, vuilresten of losse onderdelen kunnen
binnendringen in de ZRS-pomp tijdens de ingebruikname of
werking, moet u een geschikte inlaatfilter monteren die
verwijderd kan worden vooraleer de ZRS-pomp gebruikt wordt
voor proceswerking.
(Figuur
2, item 17). De draairichting bepalen:
(Figuur
1, item 10 en
Figuur
8, item 7), schakel de ZRS-pomp twee of drie
Figuur 9
Instructiehandleiding
2, item 14): observeer de
Hoofdstuk
3.8.
niet overschreden
6996 0220 06 Issue B
Advertenties
Inhoudsopgave
