Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Het Warm Tapwater Regelen: Geavanceerd - Daikin CHYHBH05AA Uitgebreide Handleiding Voor De Installateur

Inhoudsopgave

Advertenties

Indien...
Twee
aanvoerwatertemperatuurzones
Afsluiter
Het volgende is alleen van toepassing in het geval van 2
aanvoerwatertemperatuurzones.
De
output
van
de
afsluiter
aanvoerwatertemperatuurzone) kan geconfigureerd worden.
INFORMATIE
De afsluiter staat tijdens het ontdooien ALTIJD open.
Thermo AAN/UIT: de afsluiter sluit, afhankelijk van [F-0B] wanneer
er uit de primaire zone geen vraag voor verwarming is. Activeer
deze instelling om:
▪ te vermijden dat aanvoerwater naar de warmteafgevers in de
primaire AWT-zone zou geleid worden (via het mengklepstation)
wanneer er een verzoek van de secundaire AWT-zone is.
▪ de AAN/UIT-pomp van het mengklepstation ALLEEN te activeren
wanneer er een vraag is.
#
Code
[A.3.1.1.6.1] [F-0B]
De afsluiter:
▪ 0
beïnvloed
verwarming.
▪ 1 (Ja): sluit wanneer er een GEEN
vraag naar verwarming is.
INFORMATIE
De instelling [F‑0B] is alleen geldig als er een vraag-
instelling
van
een
kamerthermostaat
is
aanvoerwatertemperatuur).
Bereik
De bediening van de unit in ruimteverwarming wordt verboden
naargelang de gemiddelde buitentemperatuur.
UIT-tmp verwrm kamer: Wanneer de gemiddelde buitentemperatuur
hoger wordt dan deze waarde, wordt de ruimteverwarming UITgezet
om oververwarming te vermijden.
CHYHBH05+08AA + EHYKOMB33A
Daikin hybride voor multiwarmtepomp – warmtepompmodule
4P471761-1 – 2016.12
...dan geldt het volgende:
▪ Wanneer de startpagina van
de
aanvoerwatertemperatuur
UIT
is,
en
buitenomgevingstemperatuur
onder 4°C valt, zal de unit
aanvoerwater
naar
warmteafgevers sturen om de
kamer opnieuw op te warmen
en
het
instelpunt
van
aanvoerwatertemperatuur zal
lager worden gezet.
▪ Wanneer de startpagina van
de
aanvoerwatertemperatuur
AAN
is,
de
bedrijfsmodus
"verwarming"
is
en
buitenomgevingstemperatuur
onder 4°C valt, zal de unit
aanvoerwater
naar
warmteafgevers sturen om de
kamer opnieuw op te warmen
en
het
instelpunt
van
aanvoerwatertemperatuur zal
lager worden gezet.
(deze
in
de
primaire
Beschrijving
(Nee)(standaard):
wordt
NIET
door
een
vraag
naar
thermostaat
of
externe
(NIET
als
instelling
voor
#
Code
[A.3.3.1]
[4-02]
de
de
de
de
de
de

Het warm tapwater regelen: geavanceerd

Voorgeprogrammeerde tanktemperaturen
Alleen van toepassing als de bereiding van warm tapwater gepland
is of gepland + warmhouden.
U kunt voorgeprogrammeerde tanktemperaturen bepalen:
▪ opslag economisch
▪ opslag comfort
▪ warmhouden
▪ warmhoudenhysteresis
Voorgeprogrammeerde waarden maken het gebruik van de zelfde
waarde in het programma gemakkelijk. Als u later de waarde wilt
veranderen, hoeft u dit slechts op 1 plaats te doen (zie tevens de
gebruiksaanwijzing en/of de uitgebreide handleiding voor de
gebruiker).
Opslag comfort
Bij het programmeren van het programma kunt u gebruik maken van
de tanktemperaturen ingesteld als voorgeprogrammeerde waarden.
De tank zal dan opwarmen tot deze temperatuurinstelpunten bereikt
zijn. Daarbij kan tevens een opslagstop geprogrammeerd worden.
Dit zorgt ervoor dat de tank stopt met opwarmen zelfs wanneer het
instelpunt NIET werd bereikt. Programmeer alleen een opslagstop
wanneer tankverwarming absoluut niet gewenst wordt.
#
Code
[7.4.3.1]
[6-0A]
Opslag economisch?
De opslageconomischtemperatuur duidt op de lagere gewenste
tanktemperatuur. Dit is de gewenste temperatuur wanneer een
opslageconomischactie gepland werd (liefst tijdens de dag).
#
Code
[7.4.3.2]
[6-0B]
Warmhouden
8 Configuratie
Beschrijving
14°C~35°C (standaard: 25°C)
Afhankelijk van [1‑0A] zal een
gemiddelde worden genomen van de
werkelijke buitentemperatuur over de
geselecteerde tijdsperiode. Zie
"De
systeeminstellingen" op
pagina 62.
▪ [4‑02]>25°C:
de
warmtepomp
worden gedeactiveerd wanneer de
buitentemperatuur [4‑02] bereikt. Deze
temperatuur kan verschillen van de
gemiddelde buitentemperatuur.
▪ [4‑02]<25°C
en
[1‑0A]≠0:
warmtepomp
zal
gedeactiveerd
wanneer
buitentemperatuur [4‑02] bereikt. Deze
temperatuur kan verschillen van de
werkelijke buitentemperatuur.
▪ [4‑02]<25°C
en
[1‑0A]=0:
warmtepomp
zal
gedeactiveerd
wanneer
buitentemperatuur [4‑02] bereikt. Er
zal
geen
gemiddelde
buitentemperatuur zijn.
Wanneer het bovenstaande zich
voordoet, zal de buitenunit nog steeds
kunnen werken voor DX units.
Beschrijving
30°C~[6‑0E]°C (standaard: 60°C)
Beschrijving
30°C~min(50, [6‑0E])°C (standaard:
50°C)
Uitgebreide handleiding voor de installateur
zal
de
worden
de
de
worden
de
van
de
59

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Chyhbh08aaEhykomb33a

Inhoudsopgave