3. Plaats de drijfriemkap weer.
Onderhoud van de bougie
Controleer elke 25 bedrijfsuren de bougie. Gebruik een
Champion RC12YC bougie of gelijkwaardig type.
1. Stop de motor en wacht tot alle bewegende delen tot
stilstand gekomen zijn.
2. Verwijder de bougiekabel van de bougie (fig. 11).
3. Maak de omgeving van de bougie schoon.
4. Haal de bougie uit de cilinderkop.
BELANGRIJK: Als de bougie gebarsten of vervuild is,
moet hij worden vervangen. Maak niet de elektroden
schoon, omdat door het gruis de motor beschadigd kan
raken.
5. Stel de elektrodenafstand in op 0,5 mm (0.020")
(fig. 32).
0.020"
0,5 mm
Figuur 32
1. 0,5 mm (0.020")
6. Plaats de bougie en de pakkingafdichting.
7. Draai de bougie vast met 19 N m (14 ft-lbs).
8. Sluit de bougiekabel aan op de bougie.
Het koelsysteem reinigen
Na elke 100 gebruiksuren of aan het begin van het seizoen
moet vuil en haksel dat aan de cilinder, de koelvinnen van
de cilinderkop, en rond de carburateur en de verbinding is
blijven zitten verwijderd worden. Haal vuil weg van de
luchtinlaatsleuven op het terugslaghuis. Hierdoor blijkt
goede koeling gewaarborgd, zodat de motor optimaal
presteert.
Fijnmaakafsluiter en
afvoertunnel schoonmaken
Voor de beste resultaten moeten de afvoertunnel en
fijnmaakafsluiter na elk gebruik worden schoongemaakt.
Als het gras dik en lang is, kan zich maaisel op en rond de
afsluiter verzamelen, waarna het moeilijk te verwijderen
is.
De brandstoftank leegmaken
1. Stop de motor en laat die afkoelen.
2. Verwijder de bougiekabel van de bougie (fig. 11).
3. Haal de dop van de brandstoftank (fig. 8).
4. Gebruik een handpomp om de brandstof in een schoon,
goedgekeurd benzinevat over te pompen.
5. Sluit de bougiekabel aan op de bougie.
6. Laat de motor draaien totdat hij stopt.
7. Start de motor weer, om zeker te zijn dat er geen
benzine meer in de carburateur achtergebleven is.
De accu opladen
Alleen model met elektrische starter
Een nieuwe of opgeslagen accu gedurende 72 uur aan één
stuk opladen om een volledig lading te verzekeren. De
motor is uitgerust met een dynamo, die de accu tijdens het
gebruik oplaadt. U behoeft de accu dus niet na elke
maaibeurt op te laden. De accu in het maaiseizoen elke
986
maand of vaker naar behoefte gedurende 48 uur opladen.
BELANGRIJK: De accu niet overladen.
1. Stop de motor en wacht tot alle bewegende delen tot
stilstand gekomen zijn.
2. Maak de kabelboom los van de accu (fig. 4).
3. Haal de accu eruit door hem op te tillen, van het
onderdeel van de handgreep af.
N.B.: Als de grasmaaier zich in de buurt van een
stopcontact bevindt kan de accu ook op de maaier blijven
zitten.
4. Sluit het laadapparaat van Toro aan op de accu en
steek de stekker in een stopcontact (230 V
netspanning).
BELANGRIJK: Gebruik alleen de acculader van Toro;
andere laadapparaten zouden de accu kunnen
beschadigen. Laad de accu altijd binnenshuis en bij
kamertemperatuur 21 C (70 F) indien mogelijk. Laad
de accu niet langer dan 72 uur achter elkaar; door
overladen kan de accu beschadigd raken.
5. Haal na het laden de stekker van de lader uit het
stopcontact en maak de aansluiting op de accu los.
6. Sluit de kabelboom weer aan op de accupolen.
Een accu afvoeren
Alleen model met elektrische starter
BELANGRIJK: Een gebruikte accu hoort niet thuis
tussen het gewone afval.
25