CONTROLE- EN WAARSCHUWINGSLAMPJES
De hierna beschreven weergave informatie HANGT AF VAN DE UITRUSTING VAN DE AUTO EN VAN HET LAND.
Ô
Waarschuwingslampje koel-
vloeistoftemperatuur
Dit licht blauw op wanneer u het contact
aanzet of de motor start.
Als het rood wordt, moet u stoppen en de
motor een tot twee minuten stationair laten
draaien.
De temperatuur moet omlaag gaan en het
controlelampje moet opnieuw blauw worden.
Als dit niet zo is moet u de motor stoppen.
Laat deze afkoelen voordat u de koelvloei-
stof controleert.
Roep de hulp in van een merkdealer.
Waarschuwingslampje motor
op stand-by ➥ 2.11
Waarschuwingslampje motor
kan niet op stand-by worden
gezet ➥ 2.11
Ó
Waarschuwingslampje voet op
het rempedaal
Dit lampje verschijnt wanneer u het rempe-
daal moet intrappen ➥ 2.148.
1.82
(5/6)
Controlelampje van de snel-
heidsbegrenzer ➥ 2.94
Waarschuwingslampje snel-
heidsregelaar ➥ 2.98
Waarschuwingslampje adap-
tieve snelheidsregelaar Stop and
Go ➥ 2.103
Waarschuwingslampje parkeer-
hulp ➥ 2.143
Controlelampje snelheidswaar-
schuwing ➥ 1.84
Controlelampje waarschuwing
bij verlaten van rijstrook ➥ 2.51
Waarschuwingslampje
strookassistentsysteem ➥ 2.56
C o n t r o l e l a m p j e
Rijstrookcentrering ➥ 2.117
(Afhankelijk van de auto)
Controlelampje
storing of ABS niet beschikbaar ➥ 2.82
Controlelampje detectie handen
op stuurwiel ➥ 2.56
rij-
Op het display C
PassagiersAirbag ON
➥ 1.71
¹
ABS-
PassagiersAirbag OFF
➥ 1.71
ß
Waarschuwingslampje herinne-
ring veiligheidsgordel voor en
achter (afhankelijk van de auto) ➥ 1.37
C