mogelijk een fout opgetreden
voordat het BIOS werd gestart.
Er heeft zich mogelijk een fout
voorgedaan in het BIOS. De
computer is in de herstelmodus.
Er heeft zich mogelijk een fout in
de processor voorgedaan.
Er zijn geheugenmodules
gedetecteerd, maar er heeft zich
een geheugenfout voorgedaan.
Mogelijk is er een fout opgetreden
met een PCI-apparaat.
Mogelijk is er een fout opgetreden
met een grafische kaart.
Mogelijk is er een fout opgetreden
met een opslagapparaat.
Er is mogelijk een USB-fout
opgetreden.
Er zijn geen geheugenmodules
gedetecteerd.
Er heeft zich een fout voorgedaan
in het moederbord.
Er zijn wel geheugenmodules
gedetecteerd, maar er is een
probleem met de
geheugenconfiguratie of -
compatibiliteit.
Er is mogelijk een probleem met
een moederbordbron en/of
hardware opgetreden.
Er is een andere fout opgetreden.
Voedingsproblemen).
Als het probleem aanhoudt, neemt u contact op met Dell (zie
l
CMOS-instellingen wissen (zie
l
Flash het BIOS opnieuw of voer een BIOS-update uit (zie
l
computer opnieuw.
Als het probleem aanhoudt, neemt u contact op met Dell (zie
l
Neem contact op met Dell (zie
Contact opnemen met
l
Als er twee geheugenmodules zijn geïnstalleerd, verwijder dan beide modules (zie Een
l
geheugenmodule verwijderen), installeer één module opnieuw (zie Een geheugenmodule
terugplaatsen) en start de computer opnieuw op. Als de computer normaal opstart, gaat u
verder met de installatie van de andere geheugenmodules (één tegelijk), totdat u de defecte
module hebt opgespoord of alle modules zonder problemen hebt geïnstalleerd.
Installeer, indien beschikbaar, een goed werkend geheugen van hetzelfde type in de
l
computer (zie Geheugen).
Als het probleem aanhoudt, neemt u contact op met Dell (zie
l
Als er een draadloze kaart is geïnstalleerd, verwijdert u deze (zie De draadloze kaart
l
verwijderen) en start u de computer opnieuw op. Als het probleem is verdwenen, installeert u
een nieuwe draadloze kaart.
Als het probleem aanhoudt, neemt u contact op met Dell (zie
l
Neem contact op met Dell (zie
Contact opnemen met
l
Als er een vaste schijf is geïnstalleerd, sluit u de voedingkabels en gegevenskabels opnieuw
l
op de schijf aan (zie
De houder met de vaste schijf
opnieuw op.
Als er een NVRAM-module is geïnstalleerd, plaatst u de module opnieuw (zie NVRAM-module)
l
en start u de computer opnieuw op.
Als het probleem aanhoudt, neemt u contact op met Dell (zie
l
Installeer alle USB-apparaten opnieuw, controleer alle kabelverbindingen en start de
l
computer opnieuw op.
Als het probleem aanhoudt, neemt u contact op met Dell (zie
l
Als er twee geheugenmodules zijn geïnstalleerd, verwijder dan beide modules (zie Een
l
geheugenmodule verwijderen), installeer één module opnieuw (zie Een geheugenmodule
terugplaatsen) en start de computer opnieuw op. Als de computer normaal opstart, gaat u
verder met de installatie van de andere geheugenmodules (één tegelijk), totdat u de defecte
module hebt opgespoord of alle modules zonder problemen hebt geïnstalleerd.
Installeer, indien beschikbaar, een goed werkend geheugen van hetzelfde type in de
l
computer (zie Geheugen).
Als het probleem aanhoudt, neemt u contact op met Dell (zie
l
Neem contact op met Dell (zie
Contact opnemen met
l
Controleer of er speciale vereisten zijn voor de plaatsing van de
l
geheugenmodules/geheugenconnectoren (zie Geheugen).
Controleer of het gebruikte geheugentype door de computer wordt ondersteund (zie
l
Geheugen).
Als het probleem aanhoudt, neemt u contact op met Dell (zie
l
Neem contact op met Dell (zie
Contact opnemen met
l
Als er een vaste schijf is geïnstalleerd, sluit u de voedingkabels en gegevenskabels opnieuw
l
op de schijf aan (zie
Houder met de vaste schijf
op.
Als er een NVRAM-module is geïnstalleerd, plaatst u de module opnieuw (zie NVRAM-module)
l
en start u de computer opnieuw op.
Als er een foutbericht over een probleem met een apparaat (zoals de vaste schijf) op het
l
scherm verschijnt, gaat u na of het apparaat goed functioneert.
Als het besturingssysteem vanaf een apparaat probeert op te starten (zoals een cd/dvd-
l
station), controleert u in de BIOS-instellingen of de opstartvolgorde juist is ingesteld voor de
apparaten die u in de computer hebt geïnstalleerd.
Als het probleem aanhoudt, neemt u contact op met Dell (zie
l
Contact opnemen met
CMOS-instellingen
wissen)
Het BIOS
Contact opnemen met
Dell).
Contact opnemen met
Contact opnemen met
Dell).
verwijderen) en start u de computer
Contact opnemen met
Contact opnemen met
Contact opnemen met
Dell).
Contact opnemen met
Dell).
(optioneel)) en start u de computer opnieuw
Contact opnemen met
Dell).
flashen) en start de
Dell).
Dell).
Dell).
Dell).
Dell).
Dell).
Dell).
Dell).