Intoetsen
775Þ$
50ÞP
4000M
gÂ
n
2z
Het is waarschijnlijk, zoals in voorbeeld 1, dat slechts 57 volledige stortingen nodig zullen zijn
met de volgende en laatste storting kleiner dan €50. U kunt deze laatste gedeeltelijke 58e storting
berekenen zoals aangegeven in voorbeeld 1, behalve dat, voor dit voorbeeld, de originele FV
afgetrokken dient te worden. (In voorbeeld 1 was de originele FV gelijk aan nul). De procedure is
als volgt:
Intoetsen
MM
:P
+
4000-
In dit voorbeeld moet M tweemaal ingetoetst worden omdat de vorige gebruikte toets z. Indien we
*
het aantal stortingen in n hadden opgeslagen (zoals in voorbeeld 1), dan zouden we M slechts
éénmaal hebben hoeven te gebruiken omdat in dat geval de voorgaande toets w zou zijn geweest
(zoals het geval was in voorbeeld 1). Onthoudt u dat het niet nodig is het aantal betalingen in n op te
slaan alvorens de hoogte van de laatste gedeeltelijk betaling te berekenen. (Zie ook de voorgaande
voetnoot)
U zou kunnen denken dat we het saldo van de rekening na 57 volledige stortingen zouden kunnen
†
berekenen door dit getal op te slaan in n en vervolgens FV te berekenen zoals in de tweede methode
van voorbeeld 1. Dit saldo zou echter geen rekening gehouden hebben met de verstrekte rente
gedurende de laatste 58e maand.
Hoofdstuk 3: Elementaire Financiële Functies
Scherm
Slaat PV op (met minteken voor
–775,00
uitbetaald geld).
Slaat PMT op (met minteken voor
–50,00
uitbetaald geld).
Slaat FV op.
4.000,00
Stelt de betalingsmodus in op Einde.
4.000,00
Het aantal halfmaandelijkse stortingen.
58,00
Benodigde aantal maanden.
29,00
Scherm
Berekent FV – overeenkomend met het
4.027,27
saldo indien 58 volledige stortingen
gedaan zouden zijn.
Roept het aantal stortingen weer op.
–50,00
Berekent het saldo in het geval er 57
3.977,27
volledige stortingen gedaan zouden
zijn en rente verstrekt zou zijn
gedurende de 58
Berekent de laatste gedeeltelijke 58
–22,73
storting vereist om een saldo van
€4,000 te bereiken.
43
*
e
maand.
†
e