12.8
Onderhoud remmen
12.8.1
Rem: Controle
Controleer met het oog of de scharnierpunten van de
pedalen (Afb. 27-M0120) geen schade vertonen en of de
pedaalslag niet te groot of te verend is.
- LET OP
Als de remwerking onregelmatig is, dient u
zich te wenden tot gespecialiseerd personeel
om de oorzaken van dit probleem op te
sporen.
De
remorganen
veiligheid, het wordt daarom geadviseerd
om niet zelf in te grijpen op het hydraulische
systeem om te proberen eventuele problemen
te verhelpen
12.8.2
Remolie: Controle en verversing
Wanneer op het centrale dashboard het controlelampje
"Onvoldoende druk parkeerrem" knippert, wil dat zeggen dat
het remoliepeil onder de minimumgrens (MIN) is gedaald en
de remolie dus moet worden aangevuld.
Controleer regelmatig het bakje "1" dat zich achter de stoel
(Afb. 28-M0120) bevindt, de olie moet altijd op peil zijn, dat
wil zeggen dat het bakje altijd vol moet zijn.
Voeg als volgt vloeistof toe in het bakje:
1.
Haal de vuldop weg.
2.
Voeg reinigingsvloeistof toe totdat het bakje vol is.
3.
Doe de dop er weer op.
4.
Ruim eventueel gemorste vloeistof op.
- LET OP
Als het lampje nog blijft branden nadat
de olie is toegevoegd, ga dan naar een
assistentiecentrum van Dieci om de storing op
te lossen.
Een lichte verlaging van het peil is te wijten aan de normale
slijtage van de remschijven.
Trap het rempedaal niet in voordat u klaar bent met bijvullen.
Controleer of het bakje gesloten is, voordat u het pedaal gaat
bewegen.
beschermen
ook
uw
27-M0120
1
28-M0120
239
239
239