4
Configureren en beheren
Deze sectie is bedoeld voor de beheerder of persoon die verantwoordelijk is voor het
beheer van het apparaat. In dit hoofdstuk wordt informatie gegeven over de volgende
onderwerpen:
•
Het apparaat beheren
•
Beheertools voor het apparaat gebruiken
•
De diagnostische zelftestpagina begrijpen
•
De netwerkconfiguratiepagina of het draadloze (enkel voor bepaalde modellen)
statusrapport begrijpen
•
Het apparaat configureren (Windows)
•
Het apparaat configureren (Mac OS X)
•
Het apparaat installeren voor draadloze communicatie (alleen sommige modellen)
•
De software verwijderen en opnieuw installeren
Het apparaat beheren
In de volgende tabel worden de algemene tools vermeld waarmee u het apparaat kunt
beheren. Het is mogelijk dat in specifieke procedures andere methoden worden
toegepast. Zie
activeren en gebruiken van deze hulpmiddelen.
Opmerking Mac OS X-gebruikers kunnen het bedieningspaneel, de
geïntegreerde webserver en het HP Printerhulpprogramma gebruiken. Windows-
gebruikers kunnen het bedieningspaneel, de geïntegreerde webserver, de
printerdriver, de HP-werkset, en myPrintMileage gebruiken.
Bezoek de website van myPrintMileage voor meer informatie over myPrintMileage
Windows
•
Bedieningspaneel van het apparaat
•
Printerdriver
•
HP Werkset
•
Geïntegreerde webserver
Mac OS X
•
Bedieningspaneel van het apparaat
•
HP Printerprogramma
•
Geïntegreerde webserver
Dit gedeelte bevat de volgende onderwerpen:
•
Het apparaat controleren
•
Het apparaat beheren
Beheertools voor het apparaat gebruiken
voor informatie over het
Configureren en beheren
33