8.3.2
Het warm tapwater regelen: geavanceerd
Voorgeprogrammeerde tanktemperaturen
Alleen van toepassing als de bereiding van warm tapwater gepland
is of gepland + warmhouden.
U kunt voorgeprogrammeerde tanktemperaturen bepalen:
▪ opslag economisch
▪ opslag comfort
▪ warmhouden
▪ warmhoudenhysteresis
Voorgeprogrammeerde waarden maken het gebruik van de zelfde
waarde in het programma gemakkelijk. Als u later de waarde wilt
veranderen, hoeft u dit slechts op 1 plaats te doen (zie tevens de
gebruiksaanwijzing en/of de uitgebreide handleiding voor de
gebruiker).
Opslag comfort
Bij het programmeren van het programma kunt u gebruik maken van
de tanktemperaturen ingesteld als voorgeprogrammeerde waarden.
De tank zal dan opwarmen tot deze temperatuurinstelpunten bereikt
zijn. Daarbij kan tevens een opslagstop geprogrammeerd worden.
Dit zorgt ervoor dat de tank stopt met opwarmen zelfs wanneer het
instelpunt NIET werd bereikt. Programmeer alleen een opslagstop
wanneer tankverwarming absoluut niet gewenst wordt.
#
Code
[7.4.3.1]
[6-0A]
30°C~[6‑0E]°C (standaard: 60°C)
Opslag economisch?
De opslageconomischtemperatuur duidt op de lagere gewenste
tanktemperatuur. Dit is de gewenste temperatuur wanneer een
opslageconomischactie gepland werd (liefst tijdens de dag).
#
Code
[7.4.3.2]
[6-0B]
30°C~min(50, [6‑0E])°C (standaard:
45°C)
Warmhouden
De gewenste warmhoudentanktemperatuur wordt gebruikt:
▪ in warmhoudenstand van gepland + warmhoudenstand: De
gegarandeerde minimumtanktemperatuur wordt ingesteld door T
–[6‑08], wat [6‑0C] of het weersafhankelijk instelpunt, min de
OFF
warmhoudenhysteresis. Indien de tanktemperatuur onder deze
waarde valt, wordt de tank opgewarmd.
▪ tijdens opslag comfort, om voorrang te geven aan de bereiding
van warm tapwater. Wanneer de tanktemperatuur boven deze
waarde stijgt, worden de bereiding van warm tapwater en
ruimteverwarming/koeling na elkaar uitgevoerd.
#
Code
[7.4.3.3]
[6-0C]
30°C~min(50, [6‑0E])°C (standaard:
45°C)
Warmhoudenhysteresis
Alleen van toepassing als de bereiding van warm tapwater gepland
is + warmhouden.
#
Code
Nvt
[6-08]
2°C~20°C (standaard: 10°C)
Weersafhankelijk
De weersafhankelijke installateurinstellingen bepalen de parameters
voor de weersafhankelijke werking van de unit. Wanneer de
weersafhankelijke
werking
actief
tanktemperatuur automatisch bepaald in functie van de gemiddelde
buitentemperatuur: lage buitentemperaturen zorgen voor hogere
ERHQ+ERLQ011~016 + EHVH/X11+16S18+26CB
Daikin Altherma – Lage-temperatuur-Split
4P384975-1A – 2016.02
Beschrijving
Beschrijving
HP
Beschrijving
Beschrijving
is,
wordt
de
gewenste
gewenste
tanktemperaturen,
koudwaterkranen kouder is, en omgekeerd. In het geval van
geplande of geplande + warmhouden bereiding van warm tapwater
is de opslagcomforttemperatuur weersafhankelijk (volgens de
weersafhankelijke
curve),
warmhoudentemperaturen zijn NIET weersafhankelijk. In het geval
van een uitsluitend-warmhouden-bereiding van warm tapwater is de
gewenste
tanktemperatuur
weersafhankelijke curve). Tijdens de weersafhankelijk werking kan
de eindgebruiker de gewenste tanktemperatuur niet op de
gebruikersinterface aanpassen.
#
Code
[A.4.6]
Nvt
De weersafhankelijke gewenste
tanktemperatuur is:
▪ Absoluut (standaard): uitgeschakeld.
Alle gewenste tanktemperaturen zijn
NIET weersafhankelijk.
▪ Weersafh:
geplande stand of de geplande +
warmhoudenstand
opslagcomforttemperatuur
weersafhankelijk.
opslageconomisch-
warmhoudentemperaturen zijn NIET
weersafhankelijk.
warmhoudenstand is de gewenste
tanktemperatuur weersafhankelijk.
Opmerking:
weergegeven
weersafhankelijk is, kan deze niet op
de
worden.
[A.4.7]
[0-0E]
Weersafhankelijke curve
T
[0-0D]
[0-0C]
[0-0C]
[0-0B]
[0-0B]
▪ T
DHW
▪ T
:
a
buitenomgevingstemperatuur
▪ [0-0E]:
buitenomgevingstemperatuur:
40°C~5°C (standaard: –10°C)
▪ [0-0D]:
buitenomgevingstemperatuur:
10°C~25°C (standaard: 15°C)
▪ [0-0C]:
wanneer de buitentemperatuur gelijk is
aan de lage omgevingstemperatuur of
eronder
(standaard: 60°C)
▪ [0-0B]:
wanneer de buitentemperatuur gelijk is
aan de lage omgevingstemperatuur of
tot hoger deze stijgt: 35°C~[6‑0E]°C
(standaard: 50°C)
Uitgebreide handleiding voor de installateur
8 Configuratie
omdat
dan
het
water
uit
de
opslageconomisch-
weersafhankelijk
(volgens
Beschrijving
ingeschakeld.
In
is
In
Wanneer
tanktemperatuur
gebruikersinterface
aangepast
DHW
T
a
[0-0E]
[0-0D]
: : De gewenste tanktemperatuur.
:
De
(gemiddelde)
lage
hoge
gewenste
tanktemperatuur
valt:
45°C~[6‑0E]°C
gewenste
tanktemperatuur
de
en
de
de
de
De
en
de
de
–
67