8 Programma's
12.10 SIM-beheer
SIM-beheer Met deze functie kunt u de gegevens op de SIM-kaart
weergeven, contactpersonen overplaatsen van SIM-kaart naar het toestel
en omgekeerd, en SIM-contactpersonen bellen.
Een contactpersoon aanmaken op de SIM-kaart
1.
Tik op Start > Programma's > SIM-beheer.
2.
Tik op Nieuw en voer een naam en telefoonnummer van de
contactpersoon in.
3.
Tik op Opslaan om de informatie op uw SIM-kaart op te slaan.
Tip
SIM-contacten kopiëren naar het toestel
Als u op uw SIM-kaart contacten heeft opgeslagen, kunt u deze kopiëren in
Contacten op het toestel.
1.
Op het SIM-beheer-scherm selecteert u het gewenste contact, of u
selecteert alle SIM-contacten door op Menu > Alle selecteren te tikken.
2.
Tik op Menu > Opslaan in Contacten.
Contacten kopiëren naar de SIM-kaart
Slechts één telefoonnummer per contactnaam kan worden opgeslagen
op een SIM-kaart. Wanneer u een contact kopieert naar uw SIM-kaart die
verschillende telefoonnummers bevat, slaat SIM-beheer elk nummer op
onder een afzonderlijke naam.
Om elk nummer onder een andere contactnaam op de SIM-kaart op te
slaan, voegt SIM-beheer een indicator toe aan het eind van elke naam.
Standaard worden /M, /W en /H bijgevoegd om respectievelijk mobiele,
werk en vaste telefoonnummers aan te geven. U kunt deze indicator
bewerken voordat u begint met het kopiëren van de contactpersonen naar
uw SIM-kaart. Indicatoren van andere soorten telefoonnummers blijven
leeg zodat u deze zelf kunt definiëren.
1.
Op het SIM-beheer-scherm tikt u op Menu > Extra > Opties.
2.
Selecteer de selectievakken van de types telefoonnummers die u wilt
toevoegen aan de SIM-kaart.
U kunt de, op de SIM-kaart opgeslagen, contactgegevens wijzigen door op
de SIM-contactpersoon te tikken, de gegevens te bewerken en vervolgens
op Opslaan te tikken.