15 Accessoires
OMS Standard en OMS BLE
De verschillende bedrijfsmodi kunnen worden geselecteerd door op
het bijbehorende symbool te drukken. De huidige keuze wordt aange-
geven met een blauw lampje.
Let op: Als de programmaschakelaar voor sleutelvergrendeling (b1/C1)
is ingesteld op twee sec. ingedrukt houden (01), wordt de toegang 5
seconden na een druk op een knop vergrendeld.
Als de programmaschakelaar voor sleutelvergrendeling (b1/C1) is inge-
steld op Toegangscode (02) of Sleutel (03), wordt de toegang 15 se-
conden na het invoeren van de toegangscode of het activeren van de
sleutel, of na bevestiging van een nieuwe programmakeuze, vergren-
deld.
Let op: Als de programmaschakelaar voor sleutelvergrendeling (b1/C1)
is ingesteld op Toegangscode (02) of Sleutel (03), moet de programm-
makeuze worden bevestigd door op
In de knop
- Een rood lampje geeft een fout aan; zie pagina 143.
- Een geel lampje dat om de seconde knippert, geeft aan dat onderhoud
nodig is.
- Een magenta lampje dat om de seconde knippert, geeft een status of
situatie aan die door de eigenaar kan worden opgelost, bijvoorbeeld
een openstaande nooddeur.
- Een ononderbroken groen lampje geeft aan dat de OMS ontgrendeld
is en dat B1/C1 is geconfigureerd voor Toegangscode (02) of Sleutel
(03).
- Een groen lampje dat 4 keer per seconde knippert, geeft aan dat er
een nieuwe bedrijfsmodus is geselecteerd maar nog niet is bevestigd.
- Het groene lampje knippert bij elke druk op een knop tijdens het in-
voeren van de code.
- Het groene lampje brandt gedurende 1seconde als op de program-
maschakelaar een sleutelimpuls wordt gegeven (bijv. door
seconden ingedrukt te houden in de bedrijfsmodus UIT).
114
kan een lampje worden weergegeven.
Versie 2019-11-08
te drukken.
2
1016249-EMnl-NL-6.0