Montagehandleiding ECblue
netspanning een wachttijd van minstens 90 seconden worden aangehouden voor de hernieuwde
inschakeling!
5.3.2
Noodzakelijke kwaliteitskenmerken van de netspanning
Gevaar door elektrische stroom
De netspanning moet overeenkomen met de kwaliteitskenmerken van de EN 50160 en de
gedefinieerde normspanningen van de IEC 60038!
5.3.3
Toepassing in het IT-systeem
Gevaar door elektrische stroom
•
In het IT-systeem is het sterpunt van de spanning niet geaard; bij kortsluiting tussen een fase (bijv.
"L1") en aardleider "PE" heerst er op de aardleider een fasenpotentiaal.
•
Tussen de aansluiting van de voeding van het apparaat en de beschermingsgeleider " PE " is in
geen geval een hogere spanning dan de opgegeven netspanning van het apparaat toegestaan!
1 ~ types kunnen in standaarduitvoering in het IT-systeem worden gebruikt. In 3 ~ IT-systemen echter
alleen als ook bij aardsluiting van een netfase die door het toestel niet wordt gebruikt geen hogere
spanning richting "PE" kan optreden dan de aangegeven netspanning van het toestel (van geen van
beide aansluitingen).
Om een storingvrije werking van de speciale uitvoering op het IT-systeem te garanderen, moet het
"GND" potentiaal van de besturingsaansluitingen met het potentiaal van de beschermingsleiding
worden verbonden.
Als gevolg van deze verbinding moet voor de stuuraansluitingen het volgende in acht worden
genomen (uitzondering potentiaalvrije relaiscontacten):
1. Alleen met leidingen aansluiten die geschikt zijn voor netspanning en omgeving.
2. Alleen via geschikte scheidingsversterkers aansluiten.
5.4
Installaties met aardlekschakelaar
Gevaar door elektrische stroom
Voor een zo hoog mogelijke bedrijfsveiligheid adviseren wij bij de toepassing van een
aardlekschakelaar (Typ A) een afschakelstroom van 300 mA.
Lekstrom protect schakelaar (Typ A)
Uitzondering: Aardlekschakelaar gevoelig voor wisselstromen en pulserende en niet-
pulserende gelijkstromen op 3 ~ 230 V net
Bij aansluiting van het apparaat tussen twee buitengeleiders moeten aardlekschakelaars die
"gevoelig zijn voor wisselstromen en pulserende en niet-pulserende gelijkstromen" worden toegepast
(zie EN 50 178, Art. 5.2).
5.5
Motorbeveiliging
Geïntegreerde overlastbeveiliging, voorgeschakelde motorveiligheid is niet noodzakelijk (max.
voorzekering zie Technische gegevens).
5.6
Uitvoering met 0...10 V/PWM ingang
5.6.1
Aansluitleiding
Informatie
•
De desbetreffende aansluitingen zijn in de bijlage van deze montagehandleiding vermeld (zien
aansluitschema)!
•
Het is niet toegestaan de motor te openen. Door het losdraaien van de schroeven vervalt de
garantie!
L-BAL-F067-NL 2022 Index 006
Art.-nr. 00703087-NL
15/33
Elektrische installatie