Montagehandleiding ECblue
7.3
Gedrag bij draaiing in achterwaartse richting door luchtstroom
In STOP toestand (geen opgavesignaal, geen spanningsvoeding) grijpt de motorbesturing niet in
wanneer de motor/ventilator in de verkeerde richting draait (bijv. door tocht).
Als de motor/ventilator wordt ingeschakeld (= spanning Aan), terwijl hij tegen de ingestelde
draairichting wordt aangedreven, dan wordt het toerental gecontroleerd tot "0" verlaagd en in de
ingestelde draairichting opnieuw opgestart.
Hoe hoger het toerental dat gereduceerd moet worden, des te langer duurt deze procedure.
In gevallen waarin de motor/ventilator zeer sterk in de verkeerde draairichting wordt aangedreven, is
het mogelijk dat het niet lukt om de motor/ventilator met het ingestelde toerental in werking te zetten.
Informatie
•
Opdat de motor/ventilator weer kan starten, de netspanning niet uitschakelen!
•
Een veilig starten van motoren/ventilatoren is niet gewaarborgd wanneer deze achterwaarts worden
aangedreven. Wanneer de toepassing veilig starten vereist, moet de installatiefabrikant resp.
exploitant een achterwaartse aandrijving door geschikte maatregelen voorkomen.
8 Servicewerkzaamheden
8.1
Onderhoud / Reparatie
Opgelet!
•
Reparatiewerkzaamheden alleen door opgeleid personeel laten uitvoeren.
•
Vastgestelde gebreken aan elektrische installaties / bouwgroepen / bedrijfsmiddelen moeten
onmiddellijk worden verholpen. Als er tot dan een acuut gevaar bestaat, mag het toestel /de
installatie in de gebrekkige toestand niet worden gebruikt.
•
Tijdens de handling veiligheidskleding/-schoenen en snijbestendige veiligheidshandschoenen
dragen!
•
Bij alle reparatie- en onderhoudswerkzaamheden de veiligheids- en arbeidsvoorschriften (EN 50
110, IEC 364 ) in acht nemen.
•
Voor werkzaamheden aan de ventilator moet deze van de spanning worden losgekoppeld en tegen
opnieuw inschakelen worden beveiligd!
•
Zekeringen mogen alleen worden vervangen en niet gerepareerd of overbrugd worden. De
gegevens voor de maximale voorzekering moeten in elk geval in acht worden genomen (zie
Technische gegevens). Alleen de in het elektrische schakelschema geplande zekeringen inzetten.
•
Houd de luchtwegen van de ventilator vrij - gevaar door naar buiten vliegende voorwerpen!
•
Geen onderhoudswerkzaamheden bij lopende ventilator!
•
Let op een trillingvrije loop!
•
Naar gelang het toepassingsgebied en transportmedium is loopwiel onderhevig aan natuurlijke
slijtage. Aanslag op het loopwiel kan tot onbalans en zodoende schade (gevaar voor
vermoeidheidsbreuk) leiden. Het loopwiel kan barsten!
•
Onderhoudsintervallen naar gelang vuilgraad van het loopwiel!
•
Loopwiel, in het bijzondere lasnaden (bij desbetreffende uitvoeringen) op eventuele scheurvorming
controleren.
•
Repareren bijv. door lassen of lijmen is verboden!
•
Opgeschroefde of opgeperste wielen of vleugels mogen alleen door geautoriseerde personen van
ZIEHL-ABEGG SE worden vervangen, voor schade op grond van onvakkundige reparatie kan de
fabrikant niet aansprakelijk worden gesteld.
•
Regelmatige inspectie, eventueel met reiniging, noodzakelijk om onbalans en verstopping van de
condenswaterafvoergaten door vervuiling te voorkomen.
•
Bij het openen van de kabelschroefverbindingen op de ventilator/motor de toestand van de
schroefverbindingen en afdichtingen controleren. Defecte of broze schroefverbindingen en
afdichtingen in elk geval vervangen.
Informatie
Zie typeplaatje voor meldingsnummer voor vragen of in geval van onderhoud.
L-BAL-F067-NL 2022 Index 006
Art.-nr. 00703087-NL
25/33
Servicewerkzaamheden