6
|
Richtlijnen met betrekking tot mogelijke toepassingen
6.2.1 Een enkele kamer
Vloerverwarming of radiatoren – Bedrade kamerthermostaat
Uitgebreide handleiding voor de installateur
32
OPMERKING
Indien een uitwendige kamerthermostaat wordt gebruikt, zal de uitwendige
kamerthermostaat de vorstbescherming kamer bedienen. Vorstbescherming kamer
is echter alleen mogelijk wanneer [C.2] Ruimteverwarming/-koeling=Aan.
INFORMATIE
Wanneer een externe kamerthermostaat wordt gebruikt en Vorstbescherming kamer
in alle omstandigheden gegarandeerd dient te zijn, dan moet u Noodbedrijf
[9.5.1] op Automatisch zetten.
OPMERKING
Er kan een overdrukomloopklep in het systeem worden geïntegreerd. Denk erom dat
deze klep mogelijk niet op de afbeeldingen wordt getoond.
Opstelling
A Aanvoerwatertemperatuur primaire zone
B Een eenpersoonskamer
a Gebruikersinterface die als kamerthermostaat gebruikt wordt
▪
De vloerverwarming of radiatoren worden als volgt aangesloten:
-
Warm water → Binnenunit
-
Koud water → Buitenunit
▪
De kamertemperatuur van de primaire kamer wordt geregeld door de
gebruikersinterface die wordt gebruikt als kamerthermostaat (optionele
apparatuur BRC1H).
Configuratie
Instelling
Temperatuurregeling van de unit:
▪
#: [2.9]
▪
Code: [C-07]
Aantal watertemperatuurzones:
▪
#: [4.4]
▪
Code: [7-02]
A
B
a
2 (Kamerthermostaat): De unit werkt
op basis van de omgevingstemperatuur
van de gebruikersinterface.
0 (1 zone): Primair
EPGA11~16DAV3(7) + EABH/X16DF6V(7)+9W(7)
Waarde
Daikin Altherma 3 H W
4P556069-1B – 2021.09